maandag 1 oktober 2018

Gouden jaren, Annegreet van Bergen, 2014.

Boekomslag
Er zijn ik-weet-niet-hoeveel exemplaren van dit boek verkocht. Ik persoonlijk heb me er tot nu toe niet mee bezig gehouden, het is langs me heen gegaan. Pas toen ik onlangs op het zaterdagochtendprogramma met Mieke van der Weij hoorde, dat de schrijfster een vervolg op dit boek geschreven had, én vernam, welke dingen in beide boeken  aan de orde werden gesteld, was mijn belangstelling echt gewekt.  
Kind in een lavet: het midden tussen bad en teil. Mijn broer had er zo een, in Rotterdam.
Voor iemand van mijn generatie is het een feest van herkenning. Er is inderdaad zó veel veranderd sinds mijn jeugd - en Annegreet van Bergen heeft dat fantastisch beschreven én opgesomd.  
Ouderwetse vuilnisbak, die twee keer per week werd opgehaald.
Het boek is goed ingedeeld: Een deel Eerste levensbehoeften, waarin eten, wonen, huishouden en kleding. 
Hierin komen onder andere voor de reparatiecultuur - kapotte nylons liet je 'ophalen'; kapotte strijkbout en dergelijke ging naar 'Goudschaal' (bij ons in Bussum); in de tuin hingen waslijnen, je ging één keer in de week in bad (en waste dan je haren), een koelkast kwam pas veel later. 
Katoenen zakdoeken. Ik heb ze nog, ééntje ligt op mijn stoel onder een kussentje. Het is mijn brillenpoetsdoekje. Een kleinkind vond het, en vroeg wat of het was.... 
Dan volgt een deel Opleiding en Opvoeding; de invoering van de Mammoetwet, die vond plaats aan het eind van mijn  middelbare school-tijd, ik heb nog de ouderwetse HBS-A gedaan. 
Een volgend deel is Communicatie en informatie; wij hadden wel telefoon, en niet in de gang, zoals vaak gebeurde in die tijd, maar wel aan de wand. Een zwart toestel, met een draadje.

Deze zijn al van wat later tijd. Maar ze hebben nog wel een draaischijf, één is al modern, met druktoetsen. Maar nog steeds met dat draadje. 
Van Bergen maakt steeds de vergelijking tussen toen en nu: wat betreft de communicatie is dat wel heel duidelijk.
De openbare telefooncel.
In Geldverkeer trof mij de uitbetaling in loonzakjes. Ik heb zelf op de loonadministratie gewerkt, bij Hamstra Weesp. Dat riep dus ook weer herinneringen op. Maar ik weet ook nog goed, dat je gewoon naar de bank ging naar het loket, om geld op te nemen. Je hoefde niet extra te betalen als je munten wilde. Daarentegen kostte het weer wel geld, als je buitenlandse valuta opnam.  
Dit soort kinderwagens was nog vóór mijn tijd. Maar in de kinderwagen waarin mijn kinderen lagen, kon de baby rechtuit liggen, niet in een bocht, zoals tegenwoordig vaak. 
Een koffergrammofoon. Wij hadden een 'pick up'. Klassieke platen kocht mijn vader in Hilversum, Bussum had ze zeker niet.... 
Het grote gezin. Ik kan erover meepraten.
De Mobiliteit komt aan de orde: ik herinner me dat er in mijn jeugd slechts één auto in de straat geparkeerd stond, en dat op straat spelen doodmakkelijk was. Het verbaasde me dan ook hogelijk, dat er in die 'gouden jaren' veel meer verkeersdoden waren dan tegenwoordig: 1600 in 1956 tegen 570 in 2013!
In Viaducten en Tunnels wordt onder andere gememoreerd hoe de spoorbomen van toen eruit zagen. Ik herinner me de lange wachttijden bij de spoorwegovergang in Bussum, als er gerangeerd werd met treinen.
Vliegen, het volgende hoofdstuk. Van Bergen vertelt, dat de eerste luchtreizigers op Schiphol een hand kregen.... Dat is niet meer voor te stellen. Vakantie had je nauwelijks: ja, vrij van school... En verder een weekje logeren bij oom en tante in Eindhoven. En met Papa en Mama een dagje met de boot naar Harderwijk. En naar speeltuin Oud-Valkeveen natuurlijk.
Gezondheid geeft veel informatie over vooral onderhoud van het gebit. Oh, die ellendige schooltandarts... Die preventief boorde en vulde, verschrikkelijk!
De angstaanjagende aanblik van de schooltandartsbus....
Onder de Geneeskunde vallen ook weer zo veel verbeteringen: mijn eigen vader had heel wat ouder kunnen worden, als hij nu had geleefd. Een verstopte hartkransslagader is te verhelpen. En trouwens, een goed dieet bij een hartkwaal is zeer dienstig, maar daar wisten mijn ouders nog niets van.
Ouderenzorg is verbeterd, maar ik zelf heb daar geen concrete herinneringen aan. 
Onder Comfort en Kwaliteit vallen ook weer heel wat thema's: het wegwerpgemak van papieren luiers bij voorbeeld; of van maandverband. Vroeger waren dat katoenen lappen en lapjes. Afval en Hergebruik brengen mij Moeder Bogaard in herinnering, die een oude trui uithaalde, om er een nieuwe voor de tweeling van te breien. Van Bergen noemt mensen die hun condooms hergebruikten.... Betere waar voor je geld noemt hedendaagse gemakken, als een vliegenmepper, lichte kinderwagens, de wachttijdeninformatie bij bus en tram. Fotograferen was vroeger een heel ander ding, met een flitslampje kon je maar één foto maken, je moest trouwens zuinig zijn met je filmpje. 
Ouderwetse, degelijke jarretelgordel. Om de knopjes te verbergen droeg je er een onderjurk of -rok onder. De laatste heette ook 'jupon'. 
Jupon
Werk en Vrije Tijd laat de ongemakken van deze tijd zien: je hebt geen baan voor het leven meer; de Werkomstandigheden zijn drastisch gewijzigd, de vieze en gevaarlijke banen als mijnwerkers bestaan niet meer. De robotisering heeft heel wat werk uit handen genomen, en we zijn nog lang niet klaar met de automatisering. Kantoorwerk is dan ook gewijzigd,  we hebben nu tekstverwerkers, maar ook muisarmen en stress. 
Het laatste hoofdstuk is gewijd aan Vrije tijd voor iedereen: ik weet nog dat de vrije zaterdag werd ingevoerd, óók op school. Wat een luxe!
De schrijfster, Annegreet van Bergen. Zij is econoom en journaliste.
Tollen op straat... een van de vele spelletjes die wij deden...
Het nieuwe boek, een vervolg op Gouden Jaren, is Het goede leven.
Een rode draad door dat boek is, dat we in de besproken vijftig jaar steeds welvarender zijn geworden. Het is een sprong geweest als nooit eerder in de geschiedenis te zien is geweest. 
Boek verschenen in 2018.
Annegreet van Bergen ontving voor haar boek de Libris Geschiedenisprijs van 2015, én ze won de NS Publieksprijs. Op YouTube valt een filmpje te zien over een gesprek tussen haar en Maarten van Rossem. 
Als laatste wil ik opmerken, dat ik onder de indruk was van de literatuurlijst. Te veel om op te noemen, maar als 'kleine onderzoeker' vind ik zoiets óók leuk om te lezen!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten