woensdag 29 maart 2017

Een koning die van geen nee wil horen; de Europese ambities van Lodewijk XIV 1638-1715 - A. Alberts, 1976.

Boekomslag
Ik was bezig met de biografie van Lodewijk XIV, en ontdekte dat Alberts ook een boek over de Zonnekoning geschreven had. Ik waardeer Alberts zeer, zie mijn blogs De EilandenDe BomenDe VergaderzaalDe honden jagen niet meer, en ten slotte Inleiding tot de kennis van de ambtenaar. 
A.Alberts. 1911-1995.
Behalve romans schreef Alberts ook enkele geschiedkundige werken; dit onderhavige werkje, over de oorlogsaspiraties van Lodewijk XIV.....
Lodewijk XIV
.... en verder nog twee boeken die te maken hebben met de totstandkoming van de grenzen in de Nederlanden, namelijk De Huzaren van Castricum, en De Hollanders komen ons vermoorden.
Het boek Een koning die van geen nee wil horen is prachtig uitgegeven, en bij zijn verschijnen in 1976 was het dan ook erg duur: f. 42,50! 
Vier hoofdrolspelers in de zogenaamde Hollandse Oorlog, 1672-1679: hierboven
Bommen-Berend, dat is Bernhard van Galen, bisschop van Münster. De Groningers doorstonden zijn beleg op hun stad, BB moest zich terugtrekken. 
Lodewijk XIV wilde zijn land doortrekken naar 'natuurlijke grenzen'.  
Michiel de Ruijter versloeg de Engelsen op zee. 
Willem III van de Republiek vocht tegen Lodewijk XIV.
Onderwerp is het voortdurende oorlogvoeren dat Lodewijk deed, om zijn gebied uit te breiden. Belangrijk daarbij was dat hij de baas wilde spelen in Europa, Spanje was een belangrijk tegenstander. Maar er waren veel meer allianties, Zweden deed mee, Brandenburg, Keulen, Engeland. Uiteindelijk wilde Lodewijk de Zuidelijke Nederlanden hebben, hij wilde dit afpikken van Spanje. De allianties wisselden voortdurend, stond de Republiek aanvankelijk alleen, gaandeweg de strijd veranderde dat. Maastricht en Utrecht 
De Franse gebiedswinst in de Zuidelijke Nederlanden, voorheen door de Vrede van Aken (1668) en nu door de Vrede van Nijmegen (1678) met Sint-Omaars, Kamerijk en Maubeuge
Ik vond het geen leuk boek, en ik ben er ook niet wijzer door geworden. Alberts is goed op de hoogte, ik kan op zijn Nederlands niets aanmerken, en ook niet op zijn feitenkennis. Maar het is mij te veel en te droog, zonder enige uitleg waar dan ook over geschreven. Het woord 'devolutie-oorlog' wordt gebruikt alsof we allemaal weten wat dat is. Ik werd radeloos van alle vorsten en landen die zich in de strijd mengden, al die verschillende namen, die politieke verwikkelingen... Ik had het gevoel dat ik het eigenlijk elders nóg maar eens moest lezen, bijvoorbeeld bij Wikipedia, om de precieze feiten wat eenvoudiger weergegeven, tot me te kunnen nemen.  
Helaas. Een antiquarische miskoop. 
Maar wel een mooie. :-) 


zondag 26 maart 2017

De spirituele dimensie van het enneagram - Negen gezichten van de ziel, Sandra Maitri, 2000.

Onder en boven: via deze boeken had ik al ooit kennisgemaakt met het enneagram; het boek hierboven is van 1988 (Nederlandse uitgave 1997), dat hieronder is van 2009 (eerste druk Personality Types, 1996).

En dit boek kwam mij onder de aandacht via het boek van Almaas, Essentie. 
In het Engels verschenen in 2000, in het Nederlands in 2001.
Sandra Maitri. Het boek is in het Nederlands alleen nog antiquarisch tegen de prijs van € 85,-- tot € 90,-- te verkrijgen. (!)
Voordat ik iets inhoudelijks ga vertellen over dit boek, laat ik even wat plaatjes zien van internet. Enneagrammen zijn op tal van manieren voorgesteld, en worden ook voor allerlei doelen ingezet. 

[De enige reden dat ik deze zo groot weergeef is dat ie dan leesbaar is.]

Dit plaatje gaat ook om de innerlijke samenhang: de binnenste driehoek is 9, 3, 6; Verder loopt er een lijn van 1 naar 4, van 4 naar 2, van 2 naar 8, van 8 naar 5, van 5 naar 7, en van 7 weer naar 1. 
Het archetypische proces ligt in de binnenste driehoek. De volgende punten zijn uitwerkingen van dit proces. Uit het ene punt 'volgt' als het ware het andere. Bijvoorbeeld: bij punt Een ontstaat een gevoel van beschadiging, van onvolmaaktheid; daarop volgt een verlangen naar een volmaakte bron, vertegenwoordigd door Punt Vier. Enzovoorts.

Dit is een oudje, van Ramon Llull, dertiende eeuw. Geboren op Palma de Mallorca. Dit enneagram stond in zijn Ars generalis ultima, een werk over ethiek en metafysica.

Dit hoorde bij een sterfhuis-constructie. Ik begrijp er niets van, maar heb het er voor de curiositeit maar bij gezet.
Ook de kleuren hebben een waarde. Geel is Vreugde, Rood Kracht. Groen Compassie.
Voor zover het uit de afbeeldingen nog niet duidelijk is geworden, geeft het enneagram negen (enneas is Grieks voor 9) persoonlijkheidstypen weer. 
Maitri geeft als omschrijving van het enneagram:
Het Enneagram van de persoonlijkheid beschrijft negen verschillende persoonlijkheidstypen of egotypen, ieder met zijn kenmerkende mentale, emotionele en gedragspatronen. Het beschrijft ook, mits op de juiste wijze begrepen, hoe en waarom deze patronen ontstaan wanneer we in onze vroege jeugd het contact verliezen met onze spirituele diepte. Tevens beschrijft het de transformatie in gevoel en gedrag die ieder type ondergaat als die persoon zich gaat bezighouden met serieus spiritueel werk dat leidt tot een geleidelijk herstel met die diepte. 
Maitri gaat verder dan de boven genoemde boeken, omdat zij die spirituele dimensie erbij betrekt. Ze treedt daarbij in de voetsporen van haar leermeesters Oscar Ichazo en Claudio Naranjo.
Oscar Ichazo, 1931. Boliviaan van geboorte. 
Oprichter van de Arica-school. ('School of Wisdom and Knowledge')
 
Claudio Naranjo, geboren in 1932, Chili. 
Gestalt-therapeut, en stichter van SAT, Seekers After Truth.
Maitri behandelt meerdere diagrammen in haar boek. Zo geeft ze de Objectieve Diagrammen, waarin de Heilige Ideeën, de Deugden en de onvervormde instincten staan. Daartegenover geeft ze het Enneagram van de Persoonlijkheid, waarin de Fixaties recht tegenover de heilige Ideeën van het Objectieve Enneagram staan; de Passie (tegenover de Deugden), en de Vervormde Instincten (tegenover de Onvervormde). Ze geeft dit ennegram op de kop. 
Ook hier ben ik weer totaal onvolledig, ik doe een poging een tipje van de sluier op te lichten. 

Na haar inleiding gaat Maitri het hele enneagram langs, te beginnen met de binnenste driehoek, en de Val. De punten Negen, Zes en Drie vormen een binnenste driehoek. 
De binnenste driehoek (Negen, Zes, Drie) staat symbool voor het verlies van het contact met de Ware Natuur of Zijn.
Maar alle negen persoonlijkheidstypes hebben datzelfde contact met Zijn verloren. En ieder heeft daar zijn eigen afweermechanismen voor gevonden, die nauw in verband staat met het verloren aspect van Zijn. Zo vormde zich bij ieder van ons een bepaalde persoonlijkheid die dienst doet om het ontstane verlies te bedekken. 
Dit noemt Maitri de Objectieve Enneagrammen. Dit zijn de Aspecten die onder de Fixaties verscholen zitten, verborgen in het onbewuste. 
Staan hierboven steeds de deugden, of de heilige ideeën, Maitri geeft bij de beschrijving van de types ook een heel ander beeld: 1 is daarbij het type van de Ego-Verongelijktheid, 2 dat van de Ego-Vleierij, 3 van de Ego-IJdelheid, 4 van de Ego-Melancholie, 5 van de Ego-Gierigheid, 6 van de Ego-Lafheid, 7 van de Ego-Plannen, 8 van de Ego-Vergelding en 9 van de Ego-Indolentie. 
In afzonderlijke hoofdstukken wordt dan elk type beschreven, compleet met Heilig Idee en Deugd; én met de Fixatie, en hoe dat eruit kan zien. Aangezien het voor mij moeilijk is om goed uit te leggen wat Maitri beschrijft, geef ik een korte samenvatting van één type, namelijk ennea-type Zes. Wat schrijft ze over dat type?
Type Zes is dat van de Ego-Lafheid. Mensen van dit type worden gekenmerkt door angst, hun centrale factor. Ze zijn de paranoïci, twijfelen en wantrouwen altijd. Ze kunnen fobisch van aard zijn, of juist counter-fobisch: zichzelf wijsmaken dat ze niet bang zijn, een masker van kracht opzetten. Dan willen ze zelf leider zijn, in plaats van een leider navolgen. Ze hebben het contact verloren met de Heilige Idee: Heilige Kracht, en Heilig Vertrouwen. Hun ontbreekt een basis, het vertrouwen dat ze op hun eigen ervaring af mogen gaan. Ze zoeken vaak een autoriteit. Pas als ze Essentie ervaren kunnen ze op zichzelf vertrouwen. Als men als Zes weet (echt weet) dat Essentie haar ware natuur is, is de basis er ook. 
Vermoedelijk is dit gebrek aan vertrouwen er bij Zessen vanwege het gebrek aan holding in de vroege jeugd. Het kan tot cynisme leiden: de overtuiging dat alle menselijk handelen slechts voortkomt uit eigenbelang en egoïsme. Lafheid is een andere fixatie. Beide hebben tot doel zelfbescherming. 
Prachtige foto die ik vond, over 'veilige hechting', zo toepasselijk voor de 'holding' in de vroege jeugd. 
De houding van type Zes kenmerkt zich als een vorm van zelfcastratie, een Zes is namelijk zelf-ondermijnend. Hij moet zichzelf inhouden, vaak uit angst voor een autoriteitsfiguur. 
Het lichaamsdeel dat specifiek bij Zessen hoort, zijn de genitaliën.
De angst is alles-doordringend. Zessen zijn zelden bang in de feitelijke situatie, maar wel anticiperend op wat er allemaal zou kunnen gebeuren. 
Wellicht was Freud een Zes, zijn theorieën gaan vaak over zessen.
Sigmund Freud
Ook deze beide heren, onder en boven, waren Zessen. 
Mogelijk ontstond de grootste angst toen de moeder niet beschikbaar was in de vroegste jeugd, als bron van voeding en bescherming. 
De passie van angst is nauw verbonden met Projectie, het afweermechanisme waarmee Zessen zich redden. Vooral agressieve en vijandige impulsen en gevoelens worden geprojecteerd.
Kritiek, afkeuring wordt hier geprojecteerd. Haha.
Ook kritiek, afkeuring en veroordeling worden geprojecteerd. Daarmee legt een zes die buiten zichzelf. Een andere vorm is zich uitleveren aan de macht en autoriteit van een geïdealiseerde ander.
Er is sprake van een paranoïde grondhouding, een zes is hyper-waakzaam en hypergevoelig. Zoekt vaak zondebokken, en voelt zichzelf vaak slachtoffer. 
Het superego van een Zes verschilt naargelang het soort Zes. Het counterfobische type heeft een meedogenloos superego. Fobische zessen worden innerlijk gekritiseerd omdat ze zulke bangeriken zijn. In beide gevallen is het superego dominant en bazig. Wie de baas is, is belangrijk voor zessen. Heldenverering vormt een valkuil. De counterfobische Zes  komt er tegen in opstand, de fobische volgt hem slaafs. De ogenschijnlijke inschikkelijkheid van de fobisch zes is soms ook maar een dun laagje, er is bij hem/haar net zo goed sprake van verzet.
Tegelijk is er soms een diepe schaamte dat ze niet op één lijn zitten met hun Leiderfiguur. Ze kunnen eenvoudig niet aan diens eisen voldoen.
Maitri noemt hier ook het essentiële aspect Wil, De erbij horende kleur is Rood, Kracht. De Zes is maar aan het Willen om kracht e.d te voelen. 
Paranoia
Citaat: 
'De persoonlijkheid moet voortdurend ondersteund en bevestigd worden. Om ons gevoel van wie we zijn vast te kunnen houden, hebben we de emotionele bevestiging en ondersteuning van anderen nodig. Zijn daarentegen is wat aanwezig is als we volledig ontspannen en stoppen met proberen iets te laten gebeuren. en wanneer we al onze overtuigingen en posities laten vallen.'

Het persoonlijkheidstype Zes probeert de wil te kopiëren, maar niet op een echte manier. Dan zou hij contact met zijn innerlijke diepte moeten maken, en daarvoor heeft hij Moed nodig. de Deugd die verbonden is met dit punt. Ichazo definieert de Moed als 'de erkenning van de verantwoordelijkheid van het individu voor zijn eigen bestaan. Dus niet, zoals de Zes doorgaans doet, de veiligheid buiten zichzelf zoeken,
Vervolgens geeft Maitri in grote schetsen het proces weer dat een Zes moet doorlopen om terug in contact te komen met zijn: via het contact met de eigen angst, zijn eigen gebrek aan vertrouwen, geconfronteerd worden met zijn eigen agressie, driften en impulsen, en zo bij het hart uitkomen; herhaaldelijk afdalen in zijn innerlijke wereld, waarna na verloop van tijd uit de leegte (ruimtelijkheid) alle verschillende kwaliteiten van zijn Ware Natuur zullen verschijnen.

Zoals ze de Zes beschrijft, beschrijft ze alle negen persoonlijkheidstypes. Daarnaast legt ze de innerlijke dynamiek uit van het diagram (hoe logischerwijs uit het ene type het volgende volgt); ze geeft subtypen en beschrijft de vleugels: de twee typen aan weerszijden van een type. Voor een Zes zijn dat dus de Vijf en de Zeven. Het laat de multi-dimensionaliteit zien van het enneagram.

Ik vond het boek heel interessant, en inzichtgevend. Vooral door de beschrijving van de reactie op de oorspronkelijke staat van heelheid. 
Tegelijk had ik het gevoel, dat  een mens altijd wel iets van zichzelf in elk type kan herkennen. Wat dat betreft deed het me hier en daar denken aan de twaalf sterrenbeelden van de astrologie. 
Toch is er wel een verschil, in die zin dat dit niet geheel speculatief is. Het sluit ook geheel en al aan bij wat we weten over de menselijke geest in de wetenschap. Zie ook de bekende psychiaters, als Oscar Ichazo en Claudio Naranjo hierboven. 
Naranjo, grondlegger SAT-instituut, en enneagram. Humanistisch psycholoog genoemd. Zijn laatste boek  is Healing Civilization, waaraan te zien is dat zijn focus nu meer op de maatschappij als geheel ligt dan op het individu.

zaterdag 25 maart 2017

Het smelt, Lize Spit, 2016.

Ik had Lize Spit met haar debuutroman Het smelt al sinds het verschijnen een poosje op mijn verlanglijstje staan. Mijn aandacht naar haar werd eerst verdrongen door de aandacht die uitging naar haar landgenote, Griet op de Beeck. In wie ik trouwens wat teleurgesteld ben geraakt, na mijn aanvankelijke enthousiasme, zie mijn blogs over Gij nu, en Kom hier dat ik u kus. 
Lize Spit kwam terug in mijn belangstelling toen ik las dat ze de Boekhandelsprijs gewonnen had. Hé, Lize Spit, zie je wel, ik had haar al genoteerd. 
Gewonnen door Lize Spit
De Bronzen Uil was ook nog voor haar.
Het was gemakkelijk haar boek via de bieb te pakken te krijgen. Dat is intussen vast anders, nu ze ook genomineerd is voor de Libris literatuurprijs. Het zal me benieuwen of ze tegen Arnon Grünberg op kan.
Het smelt is een roman met als hoofdpersoon Eva, en speelt afwisselend in het heden en in de tijd van haar jeugd, met haar vrienden Pim en Laurens. Pim is boerenzoon, Laurens de zoon van een vlees- of beenhouwer. Ze zijn alle drie in hetzelfde jaar geboren, en zijn dus al zo lang met elkaar bevriend.
Foto Museum Enkhuizen
Eva komt uit een niet goed functionerend gezin. Vader is wreed, moeder is alcoholiste.
Vader laat Eva een strop zien, voor zichzelf. 
Jonger zusje Tesje komt in ernstige psychische problemen, ze heeft dwangstoornissen en anorexia.
Eva speelt met leeftijdgenootjes Laurens en Pim, zwemt met hen, speelt op de hooizolder van de boerderij van Pims ouders. 
Ideale speelplaats voor de kinderen, maar ook voor verboden dingen.
Gaandeweg naar de volwassenwording voelt Eva hoe het steeds moeilijker wordt om als meisje de aansluiting te blijven vinden bij de jongens. Ze doet mee met een spel, waarbij de jongens het voor elkaar krijgen dat elk meisje dat ze daarvoor uitkiezen zich voor hen uitkleedt. Daarna dwingen ze haar tot seksuele handelingen. Ondanks dat Eva de jongens helpt - zij heeft een raadsel bedacht dat de meisjes moeten oplossen, niemand van de meisjes raadt het - komt het toch zo ver dat het spel zich tegen haar keert. Dat gebeurt als de mooie en ongenaakbare Elisa - ooit de beste vriendin van Eva, aan wie ze nota bene het raadsel verklapt heeft - (uiteraard) met de oplossing komt. Dan stelt Elisa de wet. Ze laat de jongens met Eva doen wat zij willen, als beloning mogen ze met haar naar bed. 
Zo zou het meisje Elisa eruit kunnen zien: een ongenaakbaar en prachtig 'paardenmeisje.'
Dit verhaal - van wat de jongens allemaal met Eva doen in opdracht van Elisa - wordt wel heel erg breed uitgesponnen. Voor mij té. Het wordt de oorzaak van Eva's uiteindelijke ondergang.

De hoofdstukken hebben als naam een exacte datum, te beginnen met 4 juli 2002, eindigend met 10 augustus 2002. 
Daarnaast zijn er nog een paar 'onafhankelijke' hoofdstukken, bijvoorbeeld die met de titel 'beschadigingen'. 
De afwisselende hoofdstukken hebben allemaal een exact tijdstip: te beginnen met 9.00 uur, de laatste is 20.00 uur. Ze spelen zo'n veertien jaar later, en laten Eva zien die terugkeert naar het dorp Bovenmeer, met in haar kofferbak een curverbak met een blok ijs. Het blijft lang onduidelijk wat dat blok ijs voor betekenis heeft. 
Het blok ijs in Eva's kofferbak, 9 jaar later. 
(Het deed me denken aan het begin van 100 jaar Eenzaamheid, van Marquez: in de beginzin herinnert kolonel Aurelio Buendía zich, staande voor het vuurpeloton, hoe zijn vader hem op een middag liet kennismaken met het ijs. 
Ik heb niet onderzocht of de vergelijking verder wel opging; ik denk eigenlijk van niet. Wel is het ijs intrigerend.) 
Van meet af aan is het boek spannend. Het begint met die strop, die Eva's vader in de schuur gemaakt heeft, en waarmee hij zichzelf dreigt op te hangen. Op deze manier weten we uit wat voor hout de vader gesneden is. Ook weten we al meteen in het tweede hoofdstuk, dat Jan zelfmoord gepleegd heeft.
 
Pas op driekwart van het boek horen we dat Jan verdronken is in een beerput. 
Bovenstaande beerput is uit de 14e eeuw, hij kwam te voorschijn in Amsterdam aan de Oudezijds Voorburgwal, nr, 2. 
We weten dan nog niet waarom en hoe Jan dat heeft gedaan. Alleen, dat Pim oude vrienden heeft uitgenodigd, om te vieren dat op 30 december van dat jaar Jan dertig zou zijn geworden. 
Ik wil hier niet de hele plot weergeven, dat zou jammer zijn voor degenen die het boek nog graag zelf willen lezen. 
Ik kan alleen wel vertellen dat het een 'page-turner' was: het verhaal is spannend en je wilt dolgraag weten hoe het afloopt. 
Ik geef nog een paar kwaliteiten: Spit gebruikt prima beeldspraak. Ik had nergens het gevoel dat het echt bedacht was, bijvoorbeeld:
Op de achterzijde van het kaartje, onder een vereenvoudigd wegenplan, stond een klef citaat. Ik las het een paar keer voor, zoals Pim het bedoeld zou hebben. Het bleven zinnen die te hard hun best deden.
Ik vond de namen van de snoepjes zo leuk: jawbreakers, maar ook: flitsproppers, snoskommers, en fropskottels. 
Onder en boven: jawbreakers, kauwgomballen.
De andere namen (zie boven) stammen uit het verhaal van Roald Dahl, de GVR
Het verhaal en de verhoudingen (bijvoorbeeld de verhouding tussen Eva en de moeder van Laurens, die heel goed begrijpt dat Eva thuis tekort komt; of de arme Jan, die gepest wordt; de liefde van Eva voor Jan) zijn ook verrassend, dat is allemaal dik in orde. 
Mijn ongenoegen over dit boek begon met de dikte. Ik was al over de helft, toen ik begon uit te zien naar het einde. Maar ik moest nog zo'n eind! Alle verhalen over de meisjes die in de schuurtjes of op de hooizolder vernederd werden, begonnen me te vervelen. Het werd niet méér dan dat. 
De vernederingen van de dorpsmeisjes vinden om beuren plaats bij de vrienden thuis. De vernedering/verkrachting van Eva gebeurt in de kippenschuur bij haar thuis.
Een andere kwaal van het boek was, toen bij de feitelijke ontknoping er zo veel breed werd uitgemeten aan smerigheid. Ik miste daarbij iets wezenlijks, of anders gezegd: ik wist na een paar zinnen ook wel dat het ernstig was. Het beste wordt dit gemis - dat dus een teveel aan aandacht voor de verkeerde dingen is - verwoord door DIT ARTIKEL IN DE GIDS. Er is 'een overkill aan ellende', 'een schreeuwerig scala aan traumatische gebeurtenissen' en een teveel aan 'gruwelijk- en grimmigheden.' 'De veelgeprezen plot is foutloos, maar ook voorspelbaar en spectaculair nadrukkelijk.' 
Volgens Freud staat of valt ieder trauma met verdringing, maar deze vrouw lijkt dat helemaal voorbij. Ik kan deze kritiek alleen maar beamen.
De Gids laakt ook de schrijf- en stijlfouten, waar ik wat milder over ben. Ik had ze in eerste instantie niet eens opgemerkt. Men prees daarentegen juist weer de 'treffende psychologie', en dat vond ik inderdaad prachtig aan dit boek. Bijvoorbeeld hoe Eva  Tesje tekent, met haar dwangmatige getik op de Windows 95-computer. 

Of het verhaal van de hoofdluis van Tesje. Haar koppetje wordt met dikke klodders mayonaise ingesmeerd, en ze moet met plasticfolie  op haar hoofd slapen op een matras met plastic. De hele nacht kraakt het plastic. De dagen erna moet haar haar er alsnog vanaf, natuurlijk.
De hele beschrijving van het gezin waaruit Eva komt vind ik mooi, en ontroerend. Ook hoe Eva eigenlijk diep verwond is, wat blijkt uit haar hunkering naar liefde, het steeds maar kijken of ze opgemerkt wordt, het verlangen naar de vriendschap met Elisa. 

Het verhaal speelt in Bovenmeer, het staat symbool voor Viersel, waar Spit opgroeide. Zie het artikel in DE STANDAARD, met een interview met Lize Spit.
Dorpskern Viersel, waar Lize Spit opgroeide.
Intussen is het boek al in het Engels vertaald, en gaat het ook verfilmd worden, door Veerle Baetens
Aankondiging vertaling en verfilming van het boek. 
Intussen is er nog iets eigenaardigs aan de hand: bij alle aandacht waar Lize Spit zich in mag verheugen, mocht ze gisteravond niet aanwezig zijn op Het Boekenbal. Dit omdat ze bij uitgeverij Dag Mag zit. Ook bijvoorbeeld Jelle Brandt Corstius zit bij deze uitgeverij. Mocht dus ook niet naar het Boekenbal.
Das Mag, opgericht met crowd funding.
Leuk, maar Das Mag is geen lid van het CPNB: de 'vakbond' voor uitgeverijen. (Stichting Collectieve Propaganda voor het Nederlandse Boek.)
'Dan moet Das Mag maar lid worden, zegt het CPNB.
Tja. En toch zo beroemd zijn.
De auteur over haar boek.
Ten slotte nog twee foto's van de auteur.