woensdag 19 februari 2020

De Weense sigarenboer, Robert Seethaler, 2017 (2012)

Boekomslag
Duitstalige editie
Robert Seethaler,
 geboren1966 in Wenen; Oostenrijkse schrijver, scenarioschrijver en acteur.
De oorspronkelijke titel van het boek is Der Trafikant, roman, uitgave van 2012 
Verder schreef hij onder andere de roman Ein ganzes Leben, in 2014, en de roman Das Feld, in 2018. Robert Seethaler is slechtziend. 
Duitse uitgave. Trafikant komt van het woord Trafik: een speciaal woord voor het type tabaks- boeken en tijdschriftenwinkeltje dat in het boek figureert (ons kiosk). Oostenrijkse benaming. 
Het boek is al verfilmd, en ook is er een serie van gemaakt. Ook is er een theaterstuk van. 
Hierboven een omslag van serie of film, weet ik niet precies. 
Voor mij was het boek wennen: ik lees het liefste non-fictie, en dit boek beweegt zich op het terrein van de fictie - maar met een groot deel van historische feiten als achtgergrond. Zo is de figuur van Sigmund Freud echt - niet de gebeurtenissen in dit boek met hem - en is de historische achtergrond van Wenen van de late jaren dertig vorige eeuw echt. De opkomst van het nazisme, het treiteren en wegpesten van de joden, anti-communistische stemming, verdraaide berichtgeving in de kranten (Joden krijgen van alles de schuld), gevangenname van en moord op de oorspronkelijke eigenaar van de Trafik, Otto Trsnjek - oorlogsinvalde, streed als jood in de Eerste Wereldoorlog. Zijn winkel wordt besmeurd, de slager-buurman kiepert er een zak met varkensbloed en ingewanden naar binnen, Otto wordt doodgeslagen in het voormalige hotel Metropol, in die jaren Gestapo-hoofdkwartier. 
Hotel Metropole omstreeks 1900
 Het Gestapo-Hoofdkwartier zat in dit hotel 

Plaatje van het huidige Nussdorf am Attersee, waar de hoofdpersoon, Franz Huchel vandaan komt. Hij verhuist naar Wenen, als de weldoener van zijn moeder, Alois Preininger,  is verdronken tijdens een onweer bij het zwemmen in dit meer. Op DEZE SITE zijn nog meer historische plaatjes uit het boek terug te vinden. 
Zoutmijn, tour in Salzburg; Nussdorf leefde ook van de zoutmijnen. 
Prater, Wenen. Hier ontmoet Franz zijn liefde Anezka. 
Trafik, wij zouden zeggen: kiosk; ze bestaan nog altijd. 
Kurt Alois Josef Johann Schuschnigg (1897 - 1977) 
 Oostenrijks fascistische politicus; kanselier van de Oostenrijkse deelstaat was vanaf de moord op zijn voorganger Engelbert Dollfuss in 1934 tot de Anschluss van 1938 met nazi-Duitsland. Hoewel Schuschnigg accepteerde dat Oostenrijk een "Duitse staat" was en dat Oostenrijkers Duitsers waren, was hij sterk gekant tegen het doel van Adolf Hitler om Oostenrijk in het Derde Rijk op te nemen en wenste dat het onafhankelijk zou blijven. 
Toen de inspanningen van Schuschnigg om Oostenrijk onafhankelijk te houden hadden gefaald, nam hij ontslag. Na de invasie van Oostenrijk door nazi-Duitsland werd hij gearresteerd, in eenzame opsluiting gehouden en uiteindelijk in verschillende concentratiekampen geïnterneerd. Hij werd in 1945 bevrijd door het oprukkende Amerikaanse leger en bracht het grootste deel van zijn leven door als onderdeel van de academische wereld in de Verenigde Staten.
Van Schuschnigg vernemen we ook in het boek. 
Woonhuis destijds van Sigmund Freud; thans museum.
Franz mag op zeker moment ook plaats nemen op de beroemde divan. 
Sigmund en Anna Freud, zijn dochter. 
Berggassse 19 Wenen, voorzijde.
De Hoyo de Monterrey, waarmee Franz Freud een paar keer verblijdt. 
Franz is pas 17 als hij bij Otto Trsnjek in dienst komt. Aardig detail: hij krijgt de opdracht om zo veel als hij kan kranten te lezen. 
Het boek krijgt iets poëtisch door de dromen die Franz opschrijft - op advies van Freud - en vervolgens buiten aan de winkelruit van de Trafik ophangt. Iedereen kan kennis nemen van zijn dromen. Bij voorbeeld deze:
15 april 1938.
In het Prater loopt een meisje, ze stapt in het reuzenrad, overal flitsen hakenkruizen, het meisje komt steeds hoger, plotseling breken de wortels en het reuzenrad rolt over de stad en walst alles plat, het meisje jubelt, en haar jurk is licht en wit als een wolkenflard. 
Franz' moeder, Freud, Anezka en Otto spelen een belangrijke rol ieder in Franz' leven. Cruciaal is deze raad van Freud:

„Und nur mit viel Mut oder Beharrlichkeit oder Dummheit oder am besten mit allem zusammen kann man hie und da selber ein Zeichen setzen!“
Franz volgt die raad op, en hangt de eenbenige broek van de vermoorde Otto aan de mast van de nazi-vaandels.
Deze zijn in Berlijn. Prachtige actie van de jonge Franz, die hem wel de kop kost. 
De thema's Hitler en nazitijd worden dit keer helemaal vanuit Oostenrijks perspectief beschreven. Dat vond ik interessant. Seethaler wordt geroemd om zijn lichte toon waarmee hij deze zware thema's behandelt.
Ik zelf vond het verhaal heel geschikt voor film, waarschijnlijk werkt zijn beroep van scenarist hier door.
Een mooi commentaar vond ik, dat we in dit boek het 'Seelenlandschaft eines Heranwachsenden' kunnen zien en mee-beleven. Seethaler 'konzentriert sich auf die inneren Kämpfe des jungen Franz, der nach Liebe lechzt. In dem Zeitungs- und Tabakladen des Trafikanten Otto Trsnjek knallen nun Liebesleid und Weltgeschichte in das Leben des Jungen aus der Provinz.'

Ik laat tot slot wat beelden zien van film- en/of drama-uitvoeringen van het boek.
Hier: de jonge Franz Huchel (Simon Morzé) op zoek naar antwoorden bij Sigmund Freud (Bruno Ganz).
Zie voor dit plaatje DEZE SITE.
Overval in de kiosk. 
Poster Volkstheater. 
Ik was niet onverdeeld enthousiast over dit boek. Ik heb bijna het gevoel, dat je de geschiedenis niet mag gebruiken om er je boeken mee te stofferen. 
Anderzijds vond ik er ook mooie dingen in; zoals de 'kleine daad' van Franz, die de broek van zijn dode werkgever aan de nazi-vlaggenmast hangt. 
Ook zijn dromen aan de etalageruit vond ik ontroerend. Ik citeer zijn laatste: 

7 juni 1938
Het meer heeft ook al betere tijden gekend, de 
geraniums glanzen in de nacht, maar het is immers een 
vuur,
en gedanst wordt er toch altijd, het licht ver.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten