dinsdag 6 augustus 2019

Das Leben und nichts anderes, Bertrand Tavernier 1989.


Poster
Dit was een bizarre kijk-avond: een van oorsprong Franse film (La Vie et rien d'autre) werd op Arte uitgezonden, nagesynchorniseerd in het Duits, en door ons (omdat het niet anders kon) voorzien van Franse ondertitels voor SH (slechthorenden).
De talen beletten ons alle nuances van het verhaal goed te volgen, dat lukte eenvoudig niet. Dit vormde vooral een hindernis voor de liefde tussen de hoofdpersonen, commandant Dellaplane en Irène de Courtil. Maar ook voor de houding van de commandant, die te vechten heeft tegen de ijdelheid bijvoorbeeld van de regering, met zijn wil oorlogsmonumenten te bouwen, met het graf voor de onbekende soldaat.
Voor dit verhaal grijp ik weer even terug op een samenvatting van Wikipedia:
De adellijke dame, Irène de Courtil.
"1920, ruim twee jaar na het einde van de Eerste Wereldoorlog. Twee Franse vrouwen zijn op zoek naar hun vermiste geliefde. Irène de Courtil, een koele vrouw van hoge afkomst, zoekt haar man en Alice, een jongere eenvoudige vrouw, zoekt haar verloofde. Zo komen ze beiden terecht bij commandant Dellaplane.
Irène met Alice samen.
Deze hooggeplaatste officier probeert de talrijke dode en in het krijgsgewoel vermiste Franse militairen te inventariseren. Daartoe registreert hij de beschrijvingen die de families van hun vermisten geven en dan gaat hij na of die overeenstemmen met de lijken en de sporen die tijdens de zoektochten op de slagvelden worden aangetroffen. Op die manier wil hij de slachtoffers een graf geven en zo hun identiteit teruggeven."


Commandant Delaplane
Ik begreep nog wel, dat beide vrouwen op zoek bleken naar dezelfde man, de een als zijn echtgenoete, de ander als zijn minnares. Ook was het me duidelijk dat de commandant en Irene verliefd op elkaar werden, maar dat het niks werd met die twee. Pas na zo veel jaren, en na een emigratie naar Amerika, spraken ze hun liefde tegenover elkaar uit, en was het tijd voor 'la vie, et rien d'autre'. 
Wat de film voor mij zo waardevol maakte, was het zeer treffend in beeld brengen van de vreselijke naweeën van de Eerste Wereldoorlog. Het begon er al mee, dat een boer zijn land omploegde, met paard en houten ploeg, waarbij de ploeg een grote bom loswoelde. Er moest iemand van de explosievendienst aan te pas komen. De man troost zijn paard, 'stil maar'. Het beeld verplaatst zich naar een gebouw verderop, en enkele minuten later horen we een bom ontploffen. 
Ook staan er tafels vol spullen, heel veel dagboeken, horloges, weet ik veel allemaal. Mensen snuffelen in de spullen, en hopen iets te vinden van hun vermiste(n). 
Ook zien we getraumatiseerden in het ziekenhuis, mensen die niet meer kunnen spreken, verminkten. 
In het militair hospitaal.
De beelden schokten soms, qua echtheid. Deze bijvoorbeeld, zie de non. 
Nagelaten spullen van de soldaten
Kapotgeschoten dorp

In deze tunnel werkt Delaplane; tegelijkertijd zoekt de Franse regering naar 'een onbekende soldaat': een naamloos lichaam, dat een erebegraafplaats moet krijgen. Bizar, bij al het zoeken naar bekenden. Er vindt alsnog een ontploffing plaats. 
Delaplane met een dode of gewonde na een ontploffing. 
Een rij kisten met naamloze doden. 
Op een willekeurige kist zal een bos bloemen worden gelegd, dat wordt de uitverkorene.
Hier zien we links de regisseur, Bertrand Tavernier, aan het werk. 
Er is een spel van aantrekken en afstoten tussen de twee. 

Ik kon uit de film geen foto terugvinden van de slaapplaats van Irene en Alice, maar het was in een fabriek, met een dergelijk wiel als hierboven. Ik herkende het ook van Charlie Chaplins film. Deze foto vond ik toen ik '1920' googelde.  
Tóch gevonden!

Bertrand Tavernier, regisseur.  
Ik vond hem nogal lijken op onze Herman Pleij...  
 





Links Philippe Noiret, hoofdrolspeler; rechts Tavernier. 
Een van de details die me bijvoorbeeld troffen, was dat er Vietnamezen aan het werk waren bij het herbegraven van de doden. Ik weet dat er in Vlaanderen gebruik werd gemaakt van de diensten van Chinezen voor deze klus, dat het in Frankrijk Vietnamezen waren verbaast me niet (Indo-China).
Een mooie recensie is te vinden in DIE ZEIT. Zowel over de film, als over de wereldberoemde Philippe Noiret.
Trailer
Slotwoord:
Ergens las ik, dat dit meer een film van de objecten dan van mensen is. Ik kan me daar wel een beetje  in vinden! De mist, het landschap, omgewoelde aarde, ruïnes, lijken, verminkten, nagelaten veldflessen, horloges, noem het maar op. Dit alles schildert een grote troosteloosheid. De titel komt, zoals al eerder gezegd, pas naar boven aan het eind. Pas dan, na al die donkerte, en na vele jaren, lijkt er een toekomst mogelijk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten