Boekomslag deel 2
Deel 1 van dit epos heb ik gelezen in 2014, zie MIJN BLOG daarover. Hierin staan 6 boeken: Le Cahier Gris; Le Penitencier; La Belle Saison; La Consultation; La Sorellina; La Mort du Père. Het boek is ruim 800 bladzijden dik.
Deel 2 kent twee boeken: L'éte 1914; Epilogue; samen 1037 bladzijden.
Dat deel 2 is recentelijk verschenen, en uiteraard wilde ik graag weten hoe het verder zou gaan met de twee broers Thibault, Antoine en Jacques. Het viel me niet mee om uit mijn eigen blog op te maken wat er precies al in het eerste deel voorgevallen was. Daarvoor is het handig om DIT ARTIKEL van Michel Krielaars te lezen, uit de NRC van 21 maart 2014. De hoofdlijnen staan daar helder in beschreven. Het artikel heeft de prachtige titel De dood maakt van reuzen muizen, hetgeen slaat op Oscar Thibault, de altijd tiranniek gebleven pater familias, die op zijn sterfbed overvallen wordt door onzekerheid en angst: wás ik wel zo'n geweldig mens?
Om het hele verhaal in mijn herinnering terug te halen was het artikel niet helemaal voldoende, ik kwam niet uit de vele bijfiguren die een rol spelen in deel 1, en deels terugkeren in deel 2. Nu ja, daarvoor was mijn eigen blog weer behulpzaam.
Deel 2. Ook nu weer een dikke pil,1038 bladzijden.
Met deel 2 is het epos compleet. Deze Franse site geeft een goed resumé van het hele boek. Deel twee is in een paar zinnen samen te vatten:
Jacques heeft zich ontwikkeld tot een pacifistische communist. Hij woont in Genève, waar veel revolutionairen zitten. Martin du Gard laat via Jacques zijn hele gamma aan pacifistische opvattingen zien.
Op het Franse boekomslag een mooi plaatje van waar het boek vol mee zit: een uitleg van de politieke ontwikkelingen en aanloop naar de WO-I; vooral de rol die de socialisten daarin speelden. Wat dit onderdeel van het boek betreft - uiteenzetting van overtuigingen - is het boek zeer verhelderend.
Jenny en Jacques gaan één keer met elkaar naar bed, vlak voordat hij vertrekt naar het buitenland. Ondanks zijn grote liefde voor Jenny wil Jacques vrij zijn, vooral om trouw te kunnen blijven aan zichzelf. Iedereen om hem heen is patriottistisch geworden. Het heeft er een tijdje de schijn van gehad dat 'de socialisten van alle landen zich zouden verenigen' tegen de oorlog, die immers enkel goed is voor de kapitalisten.
La Union Sacrée was een verbond dat links en alle overige partijen aangingen met de regering. Dit ging uit van Poincaré. Hierdoor stemde men ermee in niet tegen de regering in te gaan, ook geen stakingen te organiseren.
Maar uiteindelijk slaat de stemming overal om, zowel in Parijs als in Berlijn. Elke arbeider vindt nu dat hij zijn vaderland moet verdedigen, de oude strijd tussen Frankrijk en Duitsland over de Elzas heeft weer nieuwe brandstof gekregen. Jacques is een eenling, een roepende in de woestijn. Hij twijfelt of zijn houding misschien óók voortkomt uit lafheid: wil hij op deze manier deserteren?
Logo van de CGT, de Confédération Générale du Travail
Zijn besluit maakt hem innerlijk vrij: hij zal met zijn oude leermeester, Meynestrel, boven de gevechtslinies duizenden pamfletten gaan uitstrooien, met de dringende oproep aan de gewone soldaten het vechten te staken. Het is een wanhoopsdaad, die gedoemd is te mislukken. Meynestrel - die ook wanhopig is doordat zijn vriendin hem in de steek gelaten heeft, waarna het leven voor hem geen zin meer heeft - komt om in het brandende toestel. Jacques ligt ernstig gewond op de aarde, en wordt een tijd lang op een brancard meegesleept door de Fransen, die hem aanzien voor een Duitse spion. Als de grond hen te heet onder de voeten wordt, en ze de draagbaar nodig hebben voor hun eigen mensen, wordt Jacques doodgeschoten. Antoine is arts-officier in het leger geworden, maar raakt getroffen door een gasaanval, mosterdgas.
Gas-aanval Eerste Wereldoorlog; Antoine Thibault wordt hier het slachtoffer van. Mosterdgas.
Na de oorlog zien we hem terug, hoestend en ziek. Hij ontmoet Jenny en haar zoontje Jean-Paul; verder Gise, Nicole, Daniel en Madame Fontanin.
Madame Fontanin heeft het buitenhuis van de Thibaults ingericht als hospitaal, en is daar hoofdverpleegster.
Op de foto twee verpleegsters en een gewonde uit de Eerste Wereldoorlog.
Jenny leeft trots met haar kind, haar verleden heeft haar niet vernederd. Jean Paul, drie jaar, heeft trekjes van zijn vader: hij is roodharig, eigenzinnig, koppig. Anders dan anderen. Daniel heeft een been verloren, en is impotent. Dat laatste bekent hij in een brief aan Antoine. Antoine raakt doordrongen van het besef dat hij nooit zal genezen en pleegt zelfmoord. In het boek komt de aanslag op Jaurés voor, die historisch is. Het hele kader is uiteraard historisch.
Jean Léon Jaurés, 1859-1914, leider Franse socialisten. Verdedigde in de negentiende eeuw de jood Dreyfuss. Hij was hoofdredacteur van het dagblad l'Humanité (een van de vaste bezoekadressen van Jacques Thibault in het boek). Hij wordt 31 juli 1914 vermoord, één dag voor de mobilisatie. Drie dagen later breekt de oorlog uit.
Raoul Villain, vermoordde op 31 juli 1914 Jean Léon Jaurés, leider van de Franse socialisten en hoofdredacteur van l'Humanité. De moordenaar kwam zonder gevolgen voor zijn daad weg na de rechtszaak. (!) Stierf uiteindelijk op Ibiza, voor een vuurpeleton van Spaanse anarchisten.
Raymond Poincaré, 1860-1934. Was sterk anti-Duits. Bezocht in de aanloop naar de Eerste Wereldoorlog twee maal Rusland, om te proberen een Russisch-Franse alliantie aan te gaan.Hij werd op een zijlijn gezet door Clemenceau.
Georges Clemenceau, 1841-1929. Hij was leider van de radicalen in Frankrijk in de 19e eeuw. In 1906 onderdrukte hij wreed de stakers, hetgeen hem vervreemdde van Jaurés. Hij was premier in oorlogstijd. Bij de Vrede van Versailles toonde hij zich revanchist, die voor vernietiging van Duitsland was.
In Frankrijk bestaat er ook een tv-serie van Les Thibault; hier de hoes, Les Thibault, Franse miniserie, 2003.
Roger Martin du Gard, 1881-1958; was zowel archivaris als paleograaf. Won de Nobelprijs voor de literatuur.
Paleografie; ontcijfert handschriften en archiefstukken. R. M. du Gard was behalve archivaris ook paleograaf.
Deze kaart is geschreven in de Eerste Wereldoorlog naar een Belgische militair die in Nederland was geïnterneerd.
Hier een krantenknipsel uit de jaren 1914-1918. Het betreft een brief van Anatole France. De boodschap zoals die in de kop staat, is exact dezelfde als die van Jacques (of van Roger Martin du Gard.
Onder de volgende link gaat de Recensie deel 2 door Johannes van der Sluis schuil.
Nadat ik mijn blog had afgesloten, vond ik dat ik nog wat moest toevoegen over de epiloog. Niet alleen leek het me van belang wat informatie uit de realiteit - Wilson, Volkenbond - toe te voegen, zie boven. Ook is van belang dat Antoine Jenny had willen huwen, om haar zoon de schande van 'de bastaard' te besparen. Maar Jenny weigert dit - ik zou bijna zeggen vanzelfsprekend. Niet alleen wil ze Jacques niet verloochenen, ze is ook nog eens als communiste tegen elke burgerlijke moraal gekant.
Verder is Antoine op het eind van zijn leven erg bezig met de moraal, en ziet hij in dat hij met een masker op geleefd heeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten