Jan Brokken
Jan Brokken vertelde uit Baltische Zielen. Maar ook als je het boek niet gelezen had, had je een prachtig en samenhangend verhaal uit zijn mond.
Hij begon met het Duivelspact te vermelden tussen Hitler en Stalin, waarbij de eerste Balten het land uit moesten, de Duitse. 72.000 vluchtten naar Polen, waaronder de familie Van Wrangel. Lotti kwam naar Nederland, leerde de taal accentloos en werd hoofdredacteur van Marion, voor knippatronen.
In 1940 kwam de deportatie van de tweede groep, de 'anti-sovjet-elementen', die naar Siberië gezonden werden: 120.000 op transport dit keer. Onder hen Janis Roze, de boekhandelaar. Hij kwam om en zijn lichaam werd door de wolven verslonden
Op dit punt beginnen de musici met Fratres van Arvo Pärt.
Precies 50 jaar na het Duivelspact ontstond de menselijke keten, 23 augustus 1989, 600 kilometer lang. Mensen die zongen voor hun bevrijding van de Russen, het toenmalige Oostblok.
Maar eigenlijk was die bevrijding al in 1968 begonnen, met het dramatische Credo van Arvo Pärt.
Dat was toen een regelrechte aanval op het communistische systeem.
Brokken verhaalt vervolgens van de colleges jiddisch in Vilnius, met een paar oude mensen. Er zijn immers niet veel joden meer over. Romain Gary komt aan de orde, die eigenlijk Romain Kacevec heette.
Ursula Schoch
In 1941 wordt het Duivelspact opgezegd. 230.000 mensen worden afgeslacht door de nazi's. Markus Kremer ontsnapt, hij kan onderduiken bij een vrouw die een relatie heeft met een SS-er. De zoon, Gidon Kremer, haat zijn vader, omdat die alleen maar bezig is met van verschrikkelijke en nog verschrikkelijker dingen over de oorlog te lezen. En Gidon moest alles goedmaken, orthodoxe jood zijn en alles... Pas als hij zich van zijn vader losmaakt, kan hij echt goede muziek maken, en wint het concours.
Na de pauze bespreekt hij Rothko, geboren Roskowic, die naar Amerika emigreerde. Rothko haatte de natuur, omdat die hem aan de Letse natuur herinnert. Hij doet niets lievers dan roken, drinken, op de bank liggen en lezen.
Wat Sibelius voor Finland was, was Heino Eljer voor Estland. Op een foto in Brokkens boek zie je een foto van Eljer met Pärt. Je ziet de band die ze samen hebben. Eljer was Pärts leermeester.
Nu volgt het intens droevige verhaal van Loretta, die onder een tank kwam bij de demonstratie bij de tv-zender. 'Dokter, kan ik nog dansen op mijn bruiloft?' was haar laatste vraag aan de dokter.
Het laatste muziekstuk is van Gershwin; hij komt in het boek niet voor, maar ik hoor hier dat hij ook van Baltische afkomst was: zijn echte naam was Jaco Gerzowic. Het muziekstuk - in een transcriptie van Haifetz - is 'typisch Gershwin' - vinden wij. Vooral de 2e prelude was mooi!
Brokken vertelt alles met betrokken stem; hij verhaalt met passie. Hij komt over als een heel aardige man, en dat is hij ook echt!
José van de boekhandel presenteert het geheel met verve. Ze zag er mooi uit, in een jurk met rode bloemen en een rode panty. Allemaal heel rustig. In de pauze werden de boeken en de cd's goed verkocht.
Marcel Worms
Ik zag van elk koor waarin ik gezeten heb één persoon. Ik praatte even met Wil (achternaam?) van het PGK, en met Kai van het WKK. De vrouw van Pur Sang weet ik de naam niet meer van, ik sprak haar ook niet. Ook de mevrouw van de ochtendwandeling (15 km doet ze elke ochtend) was er met haar man, de docent Duits Schütz, of Schultze. Ik weet het niet meer precies. Haar haar was in een modern kuifje geknipt, ik vond het gedurfd.
Vandaag sprak ze ons aan, dat het zo'n mooie dag was geweest, zondag. Dat waren we met haar eens: op zo'n middag kan je een hele tijd teren!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten