donderdag 24 november 2022

Nachtschrijver, Jannie Regnerus, 2017.

'In byld fan dy yn é golven'
Motto van het boek, vertaald:
'Een beeld van jou in de golven'
Boekomslag
Geschenk voor mijn verjaardag, van mijn vriendin Tony. 
Wat een prachtig boekje! Het was haar antwoord op mijn vraag: Welk boek kun jij mij geven dat voor jouzelf veel betekend heeft?
Dat werd dit dus. Niet om het verhaaltje, maar om de thematiek had het haar aangegrepen. 
Eerdere uitgave; de mijne is van 2021.
Ik had nog nooit van Jannie Regnerus gehoord, en was afwachtend. 
's Avonds meteen in begonnen.... En wat een verrassing: de Blindman waarover Jannie spreekt, kén ik. Noemt ze hem ook? 
Ach, ik zag het motto over het hoofd: daar staat hij al, de Blindman. 
En uit een recensie: 
"De lezer herkent de Friese dichter Tsjêbbe Hettinga (1949-2013), de dichter van klassieke regels, in het Fries, als 'It is slim simmer/ En de sinne winkt dizze middei mei it ljocht dat earst / Op de griene harpen fan 'e heuvels syn gruntoan fynt' ( 'Het is wreed zomer, / En de zon wenkt deze middag met het licht dat pas hier / op de groene harpen van de heuvels zijn grondtoon vindt.' Vert. Benno Barnard). Maar bij Regnerus heet hij gewoon Blindman en ze citeert hem niet.
Tsjêbbe Hettinga, foto Leeuwarder Courant.
Tsjebbe Hettinga.... Natuurlijk! Zie MIJN BLOG over de documentaire van Pieter Verhoeff van 2006.
En ook mijn blog It Faderpaard,
.... het prachtige dichtbundeltje, tweetalig, Fries en Nederlands....
Later kreeg zijn Verzameld Werk dezelfde titel; uitgave ik meen 2017, 
Jannie Regnerus, geboren 1971. 
Schrijver en beeldend kunstenaar
Maar goed, nu Jannie Regnerus:
Zij schrijft fictie, waarin hoofdpersoon Hannah restaurateur is in het Rijksmuseum, en kennis heeft gemaakt met het werk van Hettinga. Wat de roman biedt, zijn impressies en tegenover elkaar-plaatsingen van leven en kijken van haar, als restaurateur, en Tsjêbbe als blinde dichter. Voor beiden is het kijken essentieel, voor haar om alle licht en leven en glans op het doek terug te brengen, zo, als het ooit door de kunstschilder gezien werd.
De dichter Tsjêbbe doet hetzelfde, hij graaft in zijn geheugen, van uit de tijd toen hij nog zag. Hoe doet hij dat? Jannie laat je dat voelen door prachtige zinnen:
'Achter Blindmans doffe pupillen barst de binnenwereld uit haar voegen. Voor een blinde bevat zijn poëzie opvallend veel licht. Junilicht kleurt de dunne huid van konijnenoren knalroze, late augustuszon geeft koeien in de wei reusachtige schaduwen. (...) Er zijn blauwe vensters boven de horizon en wolken gaan op bedevaart.'

Jannie ensceneert een ontmoeting met Tsjêbbe, ze brengt een vakantie met hem door op een Waddeneiland, en zwemt met hem in zee. Nogmaals, dat is fictief, maar ze laat daarbij wondermooi zien hoe de blinde man met heel zijn wezen proeft en voelt wat er te zien is, waarbij hij met zijn blinde ogen recht de zon in kijkt.
Het boekje is pure poëzie, ik vond het heel verrassend.
Tot slot wat nog het meeste bij mij leeft: de voordracht van Tsjêbbe Hettinga zelf, It Faderpaard. 

dinsdag 22 november 2022

Niels Lyhne, Jens Peter Jacobsen, 2014 (1880)

Boekomslag.
In Briefe an einen jungen Dichter schrijft Rainer Maria Rilke dat hij twee boeken niet kan missen: de Bijbel en het verzameld werk van Jens Peter Jacobsen. Nu is er een nieuwe vertaling van Jacobsens belangrijkste roman, Niels Lyhne.
Maar niet alleen Rilke bewonderde Jacobsen, ook nog een trits andere groten, van Thomas Mann tot Sigmund Freud, zongen in dit koor. 
Door deze commentaren kwam ook ik op dit boek. Het stond al een tijdje op mijn verlanglijstje. Nu ik er eindelijk aan toekwam, was ik zo verrast, dat ik het tweemaal achter elkaar gelezen heb.
Het boek is vooral heel poëtisch. Het is ook van een prachtige dromerigheid, geeft geweldige natuurbeschrijvingen. Aan de andere kant is het realistisch, hard zelfs. Jacobsen windt er geen doekjes om, en laat het leven zien zo hard als het soms is. Met trouwens een fijne neus voor de psychologie.
Een voorbeeld daarvan is als huisleraar Bigum zijn liefde verklaart aan Edele, Niels' zingende tante. Ze wijst de man af met de woorden: 
'Ik ben niet beledigd door uw liefde, maar ik veroordeel haar. U hebt gedaan wat menig ander doet. Je sluit je ogen voor het werkelijke leven, je wilt het nee dat tegen je wensen ingaat, je wilt de diepe afgrond vergeten die er blijkt te bestaan tussen je verlangen en dat waar je naar verlangt.'

Niels is een dichter, een dromer, een idealist. Zoon van een dromerige moeder, en een zakelijke vader.
Pas aan het eind van Niels' leven vertoont hij enige gelijkenis met zijn vader, namelijk als hij hard werkt in de landbouw, en tevreden is met het werk dat uit zijn lichamelijke inspanning is voortgekomen.
Rilke beval de jonge dichter Niels Lyhne zeer aan. 
Niels heeft vanaf zijn jeugd een vriend, Erik. Die wordt beeldhouwer, en Niels en hij delen de inspiratie. Al wordt Erik nooit een briljant beeldhouwer, zijn talent blijft klein. Niels handhaaft tegenover Erike zijn ideaal van vriendschap tot het einde toe. Al wordt hij wel verliefd op Eriks vrouw. 
Breed uitgemeten worden Niels' relaties met zijn moeder, met zijn tante Edele, mevrouw Boye, zijn nichtje Fennimore, en met zijn zeer jonge echtgenote. Gerda.
Zijn moeder is van grote invloed op zijn karakter en zijn verdere leven.
Maar eerst is daar de episode met Edele, die overeenkomsten heeft in haar karakter met Niels, omdat ze niet begrepen wordt door de boerse, zakelijke omgeving van de plaats waar ze wonen. Edele sterft aan tbc, waaraan ze al leed toen ze bij Niels' familie in huis kwam. Niels voelt zich zo godverlaten, dat hij op dat moment God afzweert. 'Met zijn geloof had hij het wonder niet uit de hemel kunnen halen, geen God had op zijn roepen geantwoord, de dood was, als was er geen geweldige muur van gebeden als afweer naar de hemel gebouwd, zonder te stoppen op zijn buit afgestapt.' (p. 51)
Jacobsen leest voor in de literaire kring " De Moderne Doorbraak".
 Tekening Erik Henningsen.
De volgende belangrijk vrouw in Niels' leven is mevrouw Boye. Zij poseert voor vriend Erik, zij is wat ouder dan Niels, maar nog steeds erg mooi. Er ontstaat een vriendschappelijk soort liefde tussen hen, zeer betekenisvol voor Niels. Een prachtige scène in deze episode is, als mevrouw Boye in een schommelstoel zit, en Niels de stoel langzaam, maar steeds nadrukkelijker in beweging brengt.
Deze liefde loopt stuk, omdat Niels met zijn zieke moeder naar het buitenland gaat en niets van zich laat horen. De moeder sterft ver van Denemarken. Als Niels terugkeert is mevrouw Boye weg, getrouwd met een ander - iemand uit het gehate, oppervlakkige milieu. 
Dat komt hard aan bij Niels, omdat hij zo vol dromen zat: 
'Mensen kunnen heel verschillend zijn, maar hun dromen zijn dat niet, want de drie of vier dingen die zij begeren, laten ze zich in hun droom geven, min of meer vlug, min of meer volledig, maar ze krijgen ze altijd, allemaal, er is immers niemand die in zijn droom in ernst met lege handen achterblijft. Daarom ontdekt niemand zichzelf in zijn dromen, wordt zich daar nooit bewust van zijn eigenaardigheden, want de droom weet er niets van hoe het je volstaat om de schat te vinden, hoe je die loslaat als je hem verliest, hoe je verzadigd wordt als je geniet, waarheen je je wendt als je gemis voelt.'
Jacobsen werd onder anderen door Flaubert beïnvloed. 
De volgende vrouw in zijn leven is Fennemore, zijn nichtje. Zij trouwt met Erik, beiden uit liefde. Jacobsen beschrijft heel mooi, hoe het huwelijk ten onder gaat aan... ja, aan wat precies? Erika bewaakt Fennemores waardigheid niet goed, ze laten zich beiden te veel gaan. Een paar bladzijden later wordt dat iets duidelijker, als Fennemore zichzelf een hoer noemt.
Erik raakt aan lagerwal, gaat drinken en verkeert met lui van lager allooi. Niels en Fennemore groeien naar elkaar toe, er ontstaat weer een prachtige vriendschap/liefde, vol van idealen.
Dan bereikt Fennemore een telegram dat haar man Erik is omgekomen. Op slag voelt zij zich weer een slechte vrouw, de hoer, degene die ontrouw was. Deze verandering in haar wordt indrukwekkend beschreven, het is of de duivel in haar is gevaren. Ze zit vol zelfbeschuldigingen. Uiteraard moet Niels het veld ruimen.
Niels zwerft eenzaam rond in het buitenland, keert terug om het landgoed van zijn vader te beheren. Hij gaat keihard werken, in plaats van idealiseren en dichten.
Hij wordt verliefd op een jong meisje, Gerda, ze is pas zeventien. Ze krijgen toestemming om te trouwen, het is een prachtig huwelijk, waaruit ook een kind voortkomt, een jongetje,
Helaas, ook Gerda wordt ziek.... En zoals Niels in het begin, bij Edeles dood, God heeft afgezworen, zo keert Gerda juist terug naar het geloof van haar jeugd. Ze sterft in de volle overtuiging van haar opgang naar God, en met de troost van Zijn liefde. Op haar stervende gezicht kan Niels zien dat ze al helemaal los is van hem...
Ten slotte sterft ook het jongetje, en Niels gaat het leger in, de oorlog in. Hij raakt zwaargewond, een scherf in zijn longen. Zich op zijn sterfbed alsnog tot God bekeren, dat kan hij niet. Hij houdt zijn atheïsme vol, en sterft eenzaam. 'Het zou zo goed zijn geweest om een God te hebben om tegen te klagen en te bidden. (...)
Eindelijk stierf hij toen zijn dood, de moeilijke dood.'

Met deze samenvatting laat ik niets zien van de grote taalvirtuositeit, van het meeslepende van de beelden, de gedachterijkdom...
 
Jens Peter Jacobsen (1847–1885) 
Foto van schilderij. 
Zie ook DEZE SITE. 
Hieruit:
'Naast Jacobsens scherpe psychologische inzicht worden zijn romans gekenmerkt door zijn buitengewoon poëtische stijl; in verfijnd woordgebruik beschrijft hij observaties van veelzeggende details. Zijn stijl zou met die van Gustave Flaubert vergeleken kunnen worden, met name in Flauberts roman Madame Bovary (1857). De moeder van Niels Lyhne deelt bovendien met Bovary haar hartstocht voor romantische literatuur. Ze laat zich graag meevoeren door poëzie waarin meisjes worden bezongen die mannen tot grootse ideeën inspireren. Waarom zou zij niet zo’n meisje kunnen zijn? vraagt ze zich af.
De hoop die uit deze vraag spreekt is typerend voor Jacobsens proza, dat een melancholieke, maar nietsontziende blik op de werkelijkheid biedt. Hoop is een sentiment dat steeds terugkeert, maar dat vaak tevergeefs blijkt. De alledaagse werkelijkheid is hard. Het huwelijk van de moeder van Niels Lyhne zorgt voor teleurstelling en verbittering. Anders dan bij Bovary, bestaat haar enige ontrouw eruit dat zij tegen de wil van haar echtgenoot de verbeelding van Niels blijft prikkelen met sprookjes en fantasieverhalen. Literatuur en poëzie brengen troost in het eentonige leven op het land, maar vormen ook de bron van onwerkelijke dromen.'

(...)
Thomas Mann was, evenals Rilke en Freud, ook een groot bewonderaar van het werk van Jens Peter Jacobson, in het bijzonder van Niels Lyhne.
“Mann koesterde grote bewondering voor zijn roman Niels Lyhne (1880), die een tijdlang fungeerde als hét cultboek van de melancholische, door decadentie en verval gefascineerde generatie van het Fin de siècle. (…) Niet alleen vond Mann in Niels Lyhne een literair-verhalend stijlmodel, maar ook het boeiende thema van het zoeken van een ‘thuis’ en het onderdrukken van impulsen in het geordende dagelijks leven vonden bij Mann weerklank. 
Natuurlijk is het een zeer eind negentiende-eeuws boek. Jacobsens Niels Lyhne is atheïst, discussieert over hoe een religie-loze samenleving eruit zou zien en hij zet zich af tegen de burgerlijke waarden. Af en toe kan je overeenkomsten zien met de iets later schrijvende Couperus, en de toon van Jacobsen heeft soms ook even klank en kleur die herinnert aan Rilke. Tevens mag de nieuwe vertaling – de vorige stamde uit de jaren veertig – geprezen worden. Vertaalster Annelies van Hees zet af en toe een passend smakende ouwelijke term in: ’tamme godszegen’ bijvoorbeeld.
In het laatste kwart verwordt het verhaal tot een soort half omgedraaide jobs- geschiedenis, ware het niet dat Niels Lyhne atheïst is en (net aan) blijft. De boodschap lijkt: al het geluk is tijdelijk. En iets minder nadrukkelijk: misschien is al het ongeluk dat ook.'

Adieu monsieur Haffmann, Fred Cavayé, 2021.

Filmposter
Verrassend goede film, gezien in het Filmhuis te Purmerend.
Ik was al op het goede been gezet door de recensies die ik vooraf las... Maar ik wist toch niet wat me te wachten stond. Eenmaal in het bioscoopzaaltje, en met de film al een eindje op streek, dacht ik nog: 'Oeit, ik heb me vergist. Het is een heel raar gegeven...'
Joseph Haffmann, joods juwelier in Parijs, in 1941. Hij wil weg met vrouw en kinderen vanwege de dreigende Jodenvervolging. Hier is hij aan het werk. Dat vond ik trouwens óók leuk aan de film: het tonen van het ambacht.
De acteur is Daniel Auteuil. 
Ik ga de film hier niet verklappen, daarvoor is hij te verrassend, en dat moet zo blijven -  voor degenen die hem zelf willen zien.
Ik zei het al: er zit een 'raar' gegeven in, maar de uitwerking is spannend en prachtig, en biedt hele mooie thema's aan die aangrijpen. Hoe gedraag je je in bezettingstijd als je eigen overlevingskansen strijden met je plicht tot naastenliefde? Het al genoemde 'vreemde gegeven' was daarmee ook helemaal vergeven!
Dit is de bediende van Haffmann, Francois Mercier; 
Hij neemt de zaak van de juwelier tijdelijk over, maar hij verandert heel erg gaandeweg de ontwikkelingen. 
De acteur is Gilles Lellouche.
Actrice Sara Giraudeau; in de film vrouw van Mercier, Blanche. 
Hier in de film met haar oorlogskapsel...
De film is gebaseerd op een toneelstuk. Dat is goed voorstelbaar, er zijn maar een paar ruimtes waar het verhaal zich afspeelt: de winkel, de kelder, en een beetje op straat. Het heeft mij niet gestoord. 
De regisseur is Fred Cavayé.
Fred Cavayé, geboren 1967; regisseur en scenarioschrijver. 
Trailer
Om de lezer nog mee te geven wie het scenario schreef, én om hem/haar nog wat meer aan te sporen te gaan kijken, citeer ik hier nog de Filmkrant: 
'Het psychologische oorlogsdrama Adieu Monsieur Haffmann is gebaseerd op een gelijknamig toneelstuk, in 2016 geschreven door Jean-Philippe Daguerre en geïnspireerd op ware gebeurtenissen. Waar dat stuk als ‘dramedy’ omschreven wordt, valt er in dit filmscenario vol grimmige thematiek nauwelijks te lachen. Binnen de vier muren van het juwelierspand ergens in de wijk Montmartre is de atmosfeer vooral onheilspellend. Als het zwaard van Damocles hangt de angst voor ontdekking boven alle partijen.'
Jean Philip Daguerre, geboren 1968;
schreef het toneelstuk, gebaseerd op historische feiten. 
Tot slot: 
De titel van de film wordt pas helemaal aan het einde duidelijk! 
Geweldig!

vrijdag 4 november 2022

Het Mysterie van Bewustzijn 1, podcast - Wouter van Noort en Jessica van der Schalk, 2022

Future Affairs, Het Mysterie van Bewustzijn.
Dit is geen eenvoudige podcast. Ik heb het eerste deel nu twee keer beluisterd, en moet er nog steeds goed bij denken. De vraag die voorligt, is in dit eerste deel: wat is bewustzijn überhaupt?
We kunnen van bewustzijn meerdere kenmerken, verschijnselen aangeven, zoals: bewustzijn is ervaren, denken, voelen, plannen, en nog zo méér processen. Maar daarmee is bewustzijn nog niet gedefinieerd
Een andere vraag is, waar bewustzijn zich precies ophoudt. Heeft alleen de mens bewustzijn? Het is toch meer dan aannemelijk dat ook dieren bewustzijn hebben (bij gevaar of angst, gaan ze ervan door). Of hebben ook entiteiten als planeten bewustzijn? Er zijn ook mensen (culturen) die geloven in een over-all doortrokken zijn van bewustzijn: het pan-psychisme. Dat laten we nu maar even buiten beschouwing. 

Wouter van Noort en Jessica van der Schalk ondervragen voor deze eerste uitzending filosoof Emanuel Rutten. 
Emanuel Rutten, geboren 1973.
filosoof/wiskundige
De vraag naar wat bewustzijn is, kun je ook formuleren als: hoe kan het dat wij ervaringen hebben?
De wetenschap heeft zich daar al altijd over gebogen. Er zijn drie posities die daarin worden ingenomen.
De eerste positie is:
1. Wij zijn ons brein: anders gezegd: geest en stof zijn aan elkaar gelijk - zijn identiek. 'De mens is een machine.' - Rutten noemt dit het identiteitsdenken. 
2. De tweede positie stelt dat geest en stof niet aan elkaar gelijk zijn. In deze gedachtegang komt de geest voort uit de stof: het wordt ook het emergentiedenken genoemd. Uit de materie komt het immateriële voort. Vergelijk de stoom uit een stoomlocomotief. 
Of, van de site: Quantumuniverse: (over emergentie in het algemeen gesproken)
"Beter geformuleerd is emergentie het proces waarbij nieuwe eigenschappen ontstaan door de interactie tussen simpele, kleine entiteiten die deze eigenschappen niet bezitten. Dit is een moeilijke zin, dus laten we dit uitleggen aan de hand van een bekend voorbeeld: de zelforganisatie van mieren. Heel veel mieren samen vertonen een collectieve intelligentie die individuele mieren niet bezitten. Zet honderd mieren bij elkaar, en ze zullen doelloos in het rond lopen. Maar een half miljoen mieren samen kunnen bijvoorbeeld een groot nest bouwen, en snel voedsel opsporen. Eigenlijk is het verbluffend dat een mierenkolonie complex gedrag vertoont, terwijl individuele mieren niet zulke slimme dieren zijn."

Een termietenheuvel is een klassiek voorbeeld van emergentie in de natuur 

Ter verduidelijking (en me weer beperkend tot) bewustzijn en emergentie citeer ik hier Wikpedia, onder het lemma emergent vond ik dit: 
"Bewustzijn wordt door velen gezien als een emergent verschijnsel dat optreedt bij een voldoende complex neuraal netwerk. Dat roept dan weer de vraag op of een computer met een voldoende complex netwerk van parallelle processoren "bewustzijn" kan worden toegekend."
3. De derde positie stelt, dat geest en stof ongelijk zijn aan elkaar. Het zijn twee onafhankelijk bestaande grootheden die elkaar overigens wel wederzijds beïnvloeden. Dit heet dualisme, of het dualiteitsdenken. 

Rutten legt uit, dat het denken over bewustzijn erg aan het veranderen is. Er was ooit de opvatting, dat bewustzijn een illusie is. Desalniettemin blijft de ervaring van menselijk bewustzijn. 
In de natuurwetenschappen komt nu juist ook belangstelling op voor wat bewustzijn precies is. In de kwantumfysica zien we de ontdekking, dat de waarnemer een rol speelt bij het vaststellen van fysische wetten. Het systeem zelf verandert bij waarneming, er is met andere woorden, een wisselwerking. Het subject wordt in de kwantumfysica ook object van onderzoek.

Citaat van de site Krachtvanbewustzijn:
"Wat is kwantumfysica?
De kwantumfysica heeft de wereld van de wetenschap op zijn kop gezet door aan te tonen dat in de wereld van de kleinste deeltjes van de materie geheel andere natuurwetten gaan gelden dan de tot nu toe algemeen aanvaarde natuurwetten.
Kwantumfysica onderzoekt en beschrijft het gedrag van zeer kleine deeltjes, deeltjes die zo klein zijn dat de gewone Newtonse natuurkunde niet meer opgaat.
Deze tak van wetenschap is nog erg jong om de simpele reden dat tot voor kort er nog geen meetapparatuur beschikbaar was om de eigenschappen van deze zeer kleine deeltjes te onderzoeken. Door deze moderne meetapparatuur gaat er nu een tot nu toe voor de wetenschap onbekende wereld open waarvan de spirituele mens het bestaan al van wist vanaf het begin van de mensheid."
David Chalmers, geboren 1966. Australische bewustzijnsfilosoof.
Op dit punt gekomen haalt Rutten de schrijver-filosoof David Chalmers aan. Deze schreef The Hard Problem of Consciousness, Het moeilijke probleem van bewustzijn. Kort gezegd verwijst dit naar het probleem dat men ondervindt wanneer men probeert uit te leggen hoe en waarom fysieke toestanden (zoals hersenprocessen) bewust kunnen worden. Zie Wikipedia hierover. En deze PDF-FILE.

Emanuel Rutten legt uit: er is over de geest een gemakkelijk en een moeilijk probleem. Bepaalde breintoestanden zijn waarneembaar, onderzoekers zien 'vurende neuronen'.
De communicatie tussen zenuwcellen; zie Verkenjegeest.
Rutten noemt dit, in navolging van Chalmers, het gemakkelijke probleem. We zien weliswaar dat er dingen gebeuren in het brein, gelijktijdig met waarnemen bij voorbeeld.... Maar daarmee heb je nog niet gezegd wat die waarneming, die ervaring precies is. De vraag blijft staan: hoe is het mogelijk dat een hoopje stof geest produceert? 
Rutten neemt aan, dat bewustzijn een eigensoortig bestaan leidt; het verschilt radicaal van materie, en is fundamenteel niet te herleiden. Het behoort tot de grond van de werkelijkheid.
We weten er intuïtief veel van: het is het ons vertrouwde, maar moeilijk te definiëren innerlijk ervaren, ons hopen, begeren, voelen, plannen: alle aspecten van ons geestelijk leven. Het bestaan ervan is ontwijfelbaar: je denkt, dus je bent. Denk aan Descartes: Ik denk, dus ik ben. 
Dick Swaab, geboren 1944. Neuroloog, auteur van de bestseller Wij zijn ons brein. . 
Stelt bewustzijn gelijk aan hersenactiviteit. 
Deze visie verschilt dus fundamenteel van die van Dick Swaab, zoals die nu al enige tijd de bovenhand heeft gehad, zie zijn werk: Wij zijn ons brein.
Rutten noemt het een categoriefout, te beweren dat alles alleen tot breinactiviteit te herleiden is. Een ervaring is iets anders dan breinactiviteit. 

In deze aflevering van de podcast kwam ook God nog langs: als bewustzijn ook los van materie bestaat, noemen we dat dan niet: God? Komen we dan niet op het terrein van de religie?
Rutten ontkende dit niet, maar wilde de vraag die hier aan de orde was, specifiek benoemen als een filosofisch vraagstuk, géén religieus. 
Wouter van Noort, geb. 1985.
NRC-journalist.
Jessica van der Schalk, filosoof. 
Nog eens erg goed en kort (9 minuten) uitgelegd: hoe komen we van het objectieve gebeuren in ons brein tot de subjectieve ervaring? Easy en hard problem consciousness. 
David Chalmers.

Het Mysterie van Bewustzijn 2, podcast - Wouter van Noort en Jessica van der Schalk, 2022

NRC Podcast, Future Affairs.
Cyriel Pennartz, geboren 1963; 
 Nederlandse neurowetenschapper, professor en hoofd van de afdeling Cognitieve en Systeemneurowetenschappen aan de UVA. Bekend om zijn onderzoek naar geheugen, motivatie, dagritmes, perceptie en bewustzijn. 

De vraag die in deze podcast voorligt is: 'Hallucineren wij ons bewustzijn?'
Te gast is hoogleraar Cyriel Pennartz, die vandaag geïnterviewd wordt door Van Noort en Van der Schalk. 
Bij de vraag wat bewustzijn is, is ervaren essentieel. Voor wat je allemaal ervaart is het brein cruciaal.
Uit dit boek worden diverse voorbeelden geciteerd. Onder andere dit wat hieronder staat: wat hoor je precies, 'green needle'. of 'brainstorm'?
Ik persoonlijk hoor alleen green needle. Er wordt beweerd dat je brainstorm hoort als je dat woord ook leest. 
Audio-illusie: hoor je 'green needle' of 'brainstorm'?
Wat je hoort, hangt af van wat je brein doet. Die vormen een representatie van de werkelijkheid. 
Pennartz illustreert dat met de ervaring van het wakker worden: je hebt dan allerlei zintuiglijke indrukken, die ingebed zijn in een situatie. Tezamen maken die een overzicht, dus allerlei prikkels worden tot één coherente ervaring. 
De werkelijkheid is een geordend geheel, geen chaos. 

Een ander voorbeeld om te illustreren dat de hersenen ordenen is het waarnemen van bij voorbeeld een lamp. Die lamp staat of hangt ergens constant; maar onze ogen bewegen steeds, en zo zou er een steeds veranderende wereld te zien zijn. De functie van de hersenen hier is dus een overzicht van de wereld te geven. Dit maakt het ons mogelijk te plannen; oftewel: gericht te handelen. 

Dat de hersenen ons helpen zien we ook uit een ander onderzoek:
Er zijn mensen die verklaard blind zijn, vanaf de geboorte, en die toch beweren dingen te zien. Een vrouw schenkt bv een kopje thee in, en giet alles ernaast. Ze ziet dus echt niets, maar beweert iets anders. Ze hallucineert. 
Blindgeborenen, die later konden worden geopereerd, blijken geen objecten te kunnen zien, maar wel lichtvlekken. Of ze zien bij voorbeeld een fiets pas als die beweegt. 
De term simulacrum valt: de hersenen bootsen de werkelijkheid zo goed ze kunnen na. 
Onderzoekers van de universiteit van Hertfordshire hebben robots ontwikkeld die verschillende emoties zouden kunnen ontwikkelen. De robots zouden die emoties vervolgens weer tot uitdrukking kunnen brengen door hun lichaamstaal.
NB: Ook Pennartz houdt zich bezig met robots en bewustzijn. Hij verwacht in de (nabije?) toekomst bij voorbeeld ook wetgeving die regelt dat robots niet als slaaf gebruikt worden. Of niet alleen maar voor het lijden van pijn. Overigens kwam dit onderdeel van zijn vakgebied in de podcast niet aan de orde.

In DIT ARTIKEL  valt ook iets meer te leren over wat Pennartz denkt over mogelijk bewustzijn bij computers;
0-0-0-0-0-0-0-0-0-0

Bewustzijn wordt in deze podcast ook in verband gebracht met bewustzijn van het zelf. 'Het zelf' is iets heel complex.' Pennartz illustreert dat met beschreven out of body experiences. Het opstijgen uit je lichaam en neerkijken op jezelf. Het wordt onder andere wel beschreven bij bijna dood-ervaringen. 
Pennartz ziet 'het zelf' ook als een interpretatie van de hersenen. Het kan verstoord raken.
Hij wijst erop, dat mensen die zo'n uittreding beschreven, nooit kunnen vertellen wat er bovenop een kast in diezelfde kamer lag. 

Pennartz vertelt nog van het Charles Bonnet Syndroom. Dat is een aandoening waarbij verstandelijk gezonde mensen dingen zien die er in werkelijkheid niet zijn (hallucinaties). Het is geen psychische stoornis. Het is een afwijking in de waarneming. Dit syndroom komt met name voor bij mensen die op latere leeftijd slechtziend of blind zijn geworden.

Soms is het bewustzijn heel wankel, en daardoor te manipuleren. Wat je ervaart kan heel raar zijn. Constante is wel, dat je ervaart.
Circadiaans ritme; biologische klok. Afbeelding van DEZE SITE.
Een van de onderzoekgebieden van Pennartz. 
Pennartz concludeert, dat bewustzijn een product van de hersenen is. 
Voor hem zijn bewustzijn en hersenen identiek; oftewel: hersenen en geest vormen een eenheid. 

Op dit punt maken de drie sprekers een vergelijking met het begrip NRC: de NRC is de papieren krant; maar het is ook een concept van hogere orde: een groep mensen die verslagleggen. 
Emergent; mensen bovenop papier. 
Bewustzijn is van een hogere orde, maar er is een connectie met de materie. 

De interpretatie van de werkelijkheid/de wereld stemt tot bescheidenheid. 

0-0-0-0-0-0-0-0-0-0-0

In DIT ARTIKEL staan veel voorbeelden van manifestaties van bewustzijn uit Pennartz' boek. Aan de hand van het ‘blauwe-of-witte’ jurkje dat begin 2015 viral ging – toont Pennartz aan dat bewustzijn een kwestie van interpretatie van zintuiglijke informatie is. In miljoenen tweets werd gediscussieerd over de kleur van het jurkje: blauw-met-zwart versus wit-met-goud. Pennartz schrijft: ‘Bij het jurkje valt op dat het verschil in kleurervaring niet subtiel is, zoals wanneer je buurvrouw een turquoise tint beoordeelt als ‘groen’ en jij als ‘blauw’. Normaal gesproken is dat al wonderlijk, maar het blauwe-of-witte jurkje doet daar nog een schepje bovenop – met eenzelfde stimulus roepen de hersenen twee interpretaties op. Zo onderstreept het gekibbel over een jurkje dat het bewustzijn een speciale toestand van onze hersenen is.’
Het jurkje van Roman Originals
(Ik zie alleen blauw met zwart.)
Promotiefilmpje van Cyriel Pennartz zelf. 
Aan het eind stelt Jessica dat ze het met de eindconclusie van Pennartz niet eens is: namelijk dat bewustzijn en hersenen identiek zijn. 
Het onderwerp is moeilijk, maar nu ik er nog eens goed over nadenk, geloof ik ook niet dat hersenen en bewustzijn identiek zijn. Nog altijd blijft onduidelijk wat bewustzijn precies is. 
Ik blijf doorgaan met het volgen van de podcast. 

Het Mysterie van Bewustzijn 3, podcast - Wouter van Noort en Jessica van der Schalk, 2022

NRC Podcast, Future Affairs.
Michiel van Elk is Universitair Docent bij de afdeling Cognitieve Psychologie van het Instituut Psychologie. te Leiden.
Publiceerde dit boek in 2019. 
In deze derde podcast in de serie Het Mysterie van Bewustzijn komt Michiel van Elk aan het woord, hij publiceerde een boek over psychedelica.
Met psychedelica kun je ook mystieke ervaringen krijgen. Hoe karakteriseert Van Elk een mystieke ervaring?
Twee kenmerken noemt hij: je komt bij een mystieke ervaring tot een inzicht hoe alles in elkaar zit (1), en (2) tegelijk is dat inzicht onuitsprekelijk - paradoxaal genoeg.
Het is een totaalervaring, waarbij alles versmolten is, en je je oude zelf kwijtraakt. 

Ook nu wordt weer de vraag gesteld naar wat de aard van bewustzijn precies is?
Van Elk stelt, dat je via het pad van meditatie, mentale oefeningen, visualisaties en dergelijke tot een veranderde bewustzijnstoestand kunt geraken. 
Maar met psychedelica gaat het met één grote sprong. Alle 'paden van de skipiste' worden in één keer opgeschud. 
Eigenlijk, stelt Van Elk, beperken onze zintuigen ons. Wat via de zintuigen de hersenen binnenkomt, is maar zeer beperkt. Met psychedelica wordt er van binnenuit ingewerkt op de hersengebieden, en die werking is veel intenser. 
Door psychedelica te gebruiken heeft hij zelf ook ooit een mystieke ervaring gehad van eenwording; hij voelde zich toen ook onderdeel van, één met het al. 
The golden teachter: Psylocibine. 
Dat woord gebruikte hij ook, het is een soort truffel. 
In zijn boek beschrijft hij mystieke ervaringen trouwens als een continuum: ze kunnen van heel licht tot zeer intens lopen. Zelf ervoer hij bij bergwandelingen soms ook een gevoel van eenheid. Maar complete eenheid is toch iets anders. 'Er is méér, en ik ben ermee verbonden.'
Hij beschrijft een trip in een natuurtempel, met magische truffels. Er werden klankschalen gebruikt, en toen de truffels begonnen te werken nam het geluid bezit van hem. Alles was klankschaal, overheersend. 
Klankschalen.
Daarna werd het een lange nacht van muziek, waarbij er als vanzelf beweging ontstond, een kosmische dans, met stralen door de lucht vanuit zijn armen. 
Daarna weer werd hij introspectief, wat is belangrijk in het leven? Compassievol, emotioneel. 

Als wetenschapper hield hij zich toch vooral bezig met de vraag wat er in het brein gebeurde. Het voorspellende brein, daarvoor zijn modellen; dat is voor hem ook de basis van zijn denken. Want of er mogelijk 'een hogere werkelijkheid' is, dat ligt volgens van Elk buiten het terrein van de wetenschap.  

Van Elk illustreert ook 'het brein als voorspellingsmachine' aan de hand van een rubberen voet. Het brein is voor de gek te houden. Skinconductance, de rubberen voet wordt gestreeld, de mens voelt het. Onze waarneming kan dynamisch veranderen. Enfacement: nog een lastig woord dat ik niet één twee drie kan plaatsen. 
Op YouTube vond ik niet de voet-, maar de rubberen hand-(illusie)
Wat zegt de wetenschap over ervaring? Normaal worden er allerlei verbindingen gelegd; bij psychedelica ontstaat er een explosie aan verbindingen. Ingesleten paden worden helemaal opgeschud. 

Op de vraag of Van Elk een materialist, een emergist of een dualist is, antwoordt van Elk, dat hij 'een nederig scepticisme' aanhangt. Hij vindt dat hij een open visie heeft, maar uiteindelijk gelooft hij het meest in de emergentietheorie. Brein is zeer complex, en dynamisch. Maar het komt vooral aan op 'het vuren van neuronen. 
André van der Braak
Hoogleraar en zenleraar; verbonden aan de VU als hoogleraar Boeddhistische filosofie in dialoog met andere levensbeschouwelijke tradities. Daarnaast is hij geautoriseerd zenleraar binnen de Maha Karuna Chan traditie van Ton Lathouwers. Sinds enige tijd organiseert hij zijn eigen zen bijeenkomsten onder de naam Zen in Baarn.

De vraag komt op naar betekenis van dingen. Van Elk poneert weer een heel lastig begrip, de qualia: Qualia (enkelvoud 'quale') worden in de filosofie van de geest gedefinieerd als individuele gevallen van subjectieve, bewuste ervaring. Het zijn kwalitatieve eigenschappen van de waarneming en bewustzijn, bij voorbeeld smaak en kleur. Zie Wikipedia.

Betekenis, stelt Van Elk ook, is niet te onderzoeken. De Mindlife Organisatie probeert wetenschap en mystiek denken bij elkaar te brengen.
Overview van de Mind and Life Organisatie. 
Bij toeval vond ik een filmpje van een gesprek in De Balie, waarbij Michiel van El zijn verhaal deed, samen met André van der Braak. Zie deze YouTubefilm. 
André van der Braak is godsdienst- filosofiehoogleraar, zie de foto en informatie hierboven. Ooit volgde ik een HOVO-cursus bij hem over Zen. 
Hij verraste me in dit gesprek, met zijn verhaal dat hij open stond voor psychedelica. Hij was ooit begonnen aan een ayahuasca ceremonie. Ik kende dat niet. Ayahuasca is een soort thee met hallicinogene werking. 
Symbool ayahuasca, heilige bloem. 
Ayahuasca is een Zuid-Amerikaanse hallucinogene drank. De kleur is bruinrood en de smaak is erg bitter. Ayahuasca betekent slingerplant (liaan) van de ziel. Andere namen zijn yagé, hoasca, caapi. Een bijnaam is ‘la purga’. Dat is Spaans voor ‘zuivering’. Deze bijnaam komt omdat de gebruiker tijdens de roes vaak moet overgeven en diarree heeft. Indianenvolken uit het Amazonegebied gebruiken deze drank al eeuwenlang in religieuze rituelen. Ze zien de drank als een medicijn om bijvoorbeeld in contact te komen met andere (goddelijke) entiteiten.
Van der Braak vertelde, dat hij tijdens die ceremonie de ervaring had, dat een vogel op hem afkwam, die zijn gids wilde worden. Van der Braak ging daarop in. Sindsdien is die vogel bij hem gebleven. 
Van Elk had een vergelijkbare ervaring, maar bij hem ebde de werking na enige tijd af. Hij keerde terug naar zijn wetenschappelijke opvatting dat het eigenlijk alleen maar tussen de oren zit. 
Een van de mooiste zinnen die ik hoorde, was van Van der Braak. Hij beoefent een geesteswetenschap, dat is iets anders dan wat een neurofysicus doet. Voor Van der Braak gaat het vooral om het vinden van betekenis en zingeving. - Overigens is hij ayahuasca blijven gebruiken. Binnen een groep, voor hem is het groepsgebeuren belangrijk, ook bij meditatie bij voorbeeld. 
Ik kreeg de indruk dat het gehoor in De Balie vooral geïnteresseerd was in de hersenaspecten van de psychedelica. 
Bruno Latour, geboren 1947.
Ik eindig met weer een heel ander perspectief dat André van der Braak voor mij opende. Hij noemde deze man, de wetenschapsfilosoof Bruno Latour.  Volgens Latour zitten wij vast in modernistisch denken. We onderscheiden bij voorbeeld natuur en bovennatuur. Maar de wereld is veel rijker, er zijn allerlei manieren waarop de wereld kan bestaan. 
Van der Braak wil dan ook af van welke reductionistische beperking: 'mystieke ervaringen' zijn niet louter als breinactiviteit te zien, maar ook niet als louter spiritueel. 
Ik wil mij verder verdiepen in Latour. Hij heeft ook veel over klimaatverandering geschreven. 

Het Mysterie van Bewustzijn 5 podcast - Wouter van Noort en Jessica van der Schalk, 2022

Bij deze podcast kwam aan het woord Jacob Jolij, neurowetenschapper en psycholoog. Zijn gedachten heeft hij neergelegd in het boek Wat is bewustzijn nou eigenlijk? 
Omschrijving van het boek door de uitgever: 
'Wat is bewustzijn? Volgens de meeste hersenwetenschappers gewoon een hersenproces. Na een ingrijpende periode in zijn persoonlijke leven gelooft Jacob Jolij, cognitief neurowetenschapper, niet meer in deze opvatting. Hij is ervan overtuigd dat bewustzijn meer is dan dat. Maar wat dan?'

In Wat is bewustzijn nou eigenlijk? Zet Jolij alle deuren open naar wat bewustzijn zou kunnen zijn. Zijn zoektocht voert de lezer van de neurobiologie naar de natuurkunde, de kwantummechanica, de filosofie en zelfs naar de parapsychologie. Is bewustzijn een product van je brein, en worden je gedachten bepaald door de biologische machine in je hoofd? Of moeten we bewustzijn eerder buiten het brein zoeken, wellicht als aparte dimensie van het universum?
0-0-0-0-0-0-0-0-0
Jacob Jolij, RUG.
Faculteit Gedrags- &Maatschappijwetenschappen.
Voor mij was deze podcast te moeilijk. Ik wil een klein beetje meegeven van wat ik heb opgepikt:
De kwantumfysica:
Daarbij wordt ingezoomd op de allerkleinste deeltjes van de materie. Uit experimenten komen dan hele rare dingen tevoorschijn. Dat zit 'm in de rol van de observator, zijn ervaring heeft invloed op de resultaten van de onderzochte materie. 
Het is notoir ingewikkeld, 'het hersenonderzoek verdwaalt hier in de kwantumfysica'. 
Zie DEZE SITE voor vergrote afbeelding en meer uitleg. 
Jolij wil bij het onderzoek elke steen omkeren. Het bewustzijn heeft hij in zijn onderzoek niet gevonden. Wel is het een natuurkundige uitdaging om de rol van de toeschouwer te integreren. Dat licht een tipje van de sluier op.

Bij de terugkerende vraag van Jessica van der Schalk: is het bewustzijn materieel, emergent of is er sprake van dualisme, geeft Jolij een 4e optie, die hij zegt niet zelf te hebben verzonnen: het panpsychisme. Bewustzijn is daarbij ingebed in het universum, of zelfs: het fundament van de kosmos. 
Hij acht empirisch onderzoek mogelijk, namelijk: trachten het antwoord te vinden op de vraag: is deze stelling (van panpsychisme) te ontkrachten of te bevestigen? Zie voor de term Wikipedia.
Illustratie van het neoplatonische concept van de anima mundi die voortkomt uit The Absolute , in sommige opzichten een voorloper van het moderne panpsychisme.
Twee iwakura - een rots waar een kami of geest zou verblijven in de religie van Shinto.
Bewustzijn stelt hij, is een intrinsieke ervaring; het gaat bij voorbeeld om 'de roodheid van rood'; of het gevoel van natheid (bij water) over je wangen. Het gaat erom dat je ervaart. 
Jolij beschrijft zijn onderzoek in dit boek. 
Hij refereert aan de zoektocht bij zichzelf van 20-25 jaar geleden, toen hij bij zijn eigen spiegelbeeld zich afvroeg: wat is nou echt? De spiegel of ik?

Hier begint intussen een deel van de podcast die ik niet eens goed kan navertellen: Jung, onderzoek van de helderheid van de gedachten, moet je dat zoeken in het brein? Veel van wat hij onderzocht werd speculatief genoemd. 
Victor Lamme, een andere onderzoeker van het bewustzijn komt aan de orde. Hij behandelde het feit dat sommige blinden 'blind kunnen zien. Deze mensen zijn werkelijk blind, toch kunnen zij een bal vangen.  Zie hiervoor Wikipedia.
Afbeelding van https://www.victorlamme.com/
Nog wat over de kwantumfysica: 
Newton maakte duidelijke vergelijkingen, met welke kracht je tegen een voetbal schopt vertelt je precies hoe ver die bal komt.
Dat doet de kwantumfysica niet, die geeft alleen kansen, mogelijkheden. Bij de kansberekening van het gooien van een dobbelsteen bij voorbeeld, mis je geen enkele info: de hand, de tafel, het speelt allemaal mee, niet alleen de getalletjes. 
Misschien moest ik hier maar eens mee beginnen....
'Bewustzijn veroorzaakt rare dingen', hij heeft het gezegd, maar ik begreep niets van de context, het heeft te maken met kansverdeling en bewuste waarneming. 'Ineenstorten golffunctie'? Geen idee, maar voor de liefhebber of kenner: zie Wikipedia.
 Op het betekenisvolle vlak is bewustzijn géén chemisch proces. Betekenis en zingeving vallen daar allebei buiten. 
We weten nog heel veel niet. Jolij  verwondert zich over het mysterie. Hij laat alle wetenschap van tot dusver niet los, maar ziet die wel als beperkt; er beginnen barstjes te komen in het paradigma, de set van aannames. We zijn bezig een ander beeld van onszelf in de komende eeuwen te ontwikkelen. 
Als bewustzijn inderdaad niet zomaar een hersenproduct is, dan heeft dat grote implicaties. Jolij acht synergie nodig, geen mono-disciplinair denken, maar multidisciplinair. 

Om toch een wat beter beeld te krijgen van Jolij's opvattingen citeer ik nu TROUW: (de inzet bij de recensie). 
DAVID CHALMERS 2011;
Nick Mourtzakis; oil on canvas (support: 183 cm x 122 cm)

Een reis naar het Q continuüm

Het boek van Jacob Jolij gaat over het Moeilijke Probleem van Bewustzijn dat door de Australische filosoof David Chalmers werd omschreven: Waarom bestaat er zoiets als bewustzijn in een materieel universum en waarom leiden sommige fysische processen daar tot een ­bewuste ervaring en andere niet?

Jolij laat zien dat denkers die bewustzijn reduceren tot fysische processen in het brein, geen antwoord (kunnen) geven op deze vraag. We zijn meer dan ons brein. Maar om af te sluiten met de constatering dat bewustzijn een fenomeen is dat niet gelijkstaat, maar voortkomt uit die fysische processen, een emergente eigenschap (zie hoofdverhaal), volstaat ook niet. Want voor een emergente eigenschap heb je een waarnemer nodig. Jolij wijst naar de boom die omvalt in een volstrekt verlaten woud. Een filosofisch probleem: Maakt die vallende boom geluid? Nou, niet als er niemand is om de trillingen die hij veroorzaakt als geluid waar te nemen.

Dat brengt Jolij bij een andere tak van wetenschap waarin de waarnemer de werkelijkheid maakt: de kwantummechanica. In de natuurkunde van het allerkleinste verkeren deeltjes in verschillende toestanden tegelijk, tot ze door een waarneming worden gedwongen een ­gezicht te laten zien. Dat idee is zo onwerkelijk dat zelf natuurkundigen nog niet precies weten wat ze ­ermee aan moeten.
Een ervaringsdeskundige aan het woord. 
Simultane pijn­ervaringen van tweelingen

Nu volgt het wat speculatieve idee dat bewustzijn een rol speelt in die natuurkunde van het allerkleinste; dat bewustzijn de fysieke werkelijkheid kan maken of breken. Het zou paranormale verschijnselen kunnen verklaren, omdat gebeurtenissen die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben, toch verstrengeld zijn geraakt, zoals simultane pijn­ervaringen van eeneiige tweelingen.

Het brengt Jolij uiteindelijk in het ‘Q continuüm’ waarin bewustzijn, ­bestaande uit qualia (vandaar de Q), op een kwantummechanische manier is verbonden met de fysieke dimensies. Dat klinkt als hocus ­pocus, maar Jolij is een geduldige gids die deze ingewikkelde materie helder uitlegt en zich niet overschreeuwt.
Door de onderlinge dynamiek van actoren en factoren in en rondom het netwerk hebben we te maken met wat men in de complexe systeemtheorie emergenite noemt: onverwachte en niet te voorspellen ontwikkelingen; zie DEZE SITE.

(Uitleg emergentie:

Je zou de fundamentele kwestie simpel en charmant kunnen oplossen door te stellen dat bewustzijn een emergente eigenschap is van de fysische processen die plaatsvinden in de hersenen. Zoals sprintvermogen de emergente eigenschap is van de botten, spier- en zenuwcellen die samen Dafne Schippers vormen.
Bron: Trouw)

Een zeer sceptische kijk op de zaak geeft het Boeddhistisch Dagblad.
The Q Continuum bij Jolij heeft een grappige connotatie: het is eveneens de compilatie (trilogie) van Star Trek.