dinsdag 2 juli 2019

De Amerikaanse Revolutie, Stewart Ross, 2001.

De Amerikaanse uitgave, boekomslag.
Na het lezen van het boek van Russel Shorto, Lied der revolutie, had ik behoefte aan een overzichtelijk boek over de feiten van de Amerikaanse Revolutie. Dit boek, dat ik in vertaling las, voldeed aan die behoefte. Het is geschreven voor de jeugd, en afgezien van wat woordverklaringen vond ik dat niet vervelend. 
Het boek hoort in de serie Geschreven Geschiedenis, en Ross schrijft zijn verhaal aan de hand van originel documenten. 
Ik zal proberen een kort overzicht te geven van de relevante gebeurtenissen: 
De Amerikaanse revolutie vormde eigenlijk drie revoluties in één: 
- een verandering in de manier van denken, zowel in de Amerikaanse koloniën als in Groot-Brittanië;
(mensen hadden het recht hun eigen regeringsvorm te kiezen)
- de oorlog zelf, 1775-1783;
- de constitutionele revolutie: het versmelten van het nieuwe denken en militaire overwinning tot een unieke regeringsvorm. 
De wortels van de Amerikaanse revolutie lagen in de Engelse Revolutie; die woedde van 1642 tot 1645 (Engelse Burgeroorlog) . Het was een strijd tussen aanhangers van het vorstenhuis en het parlement. Oliver Cromwell (1599-1658) leidde de Republiek, nadat hij de monarch Karel I in 1649 liet onthoofden. Hij  werd zelf dictator, tot aan zijn dood. Daarna werd de monarchie weer hersteld. De spanningen tussen vorst en parlement bleven.  
Executie Charles I in 1649. 
Behalve de Britten had je nog andere volkeren die Amerika koloniseerden: In volgorde: 1497, John Cabot bereikt Newfoundland, en eist Noord-Amerika op voor de Britse Kroon;
1565: Spanjaarden stichten vestiging in St. Augustine, Florida;
1608: Fransen vestigen Quebec in Canada;
1614: Nederlandse bonthandelaren vestigen een handelspost in Albany, New York;
1607: Britten  vestigen zich in Jamestown, Virginia. 
Ook de Pilgrim Fathers, Britse Puriteinen, zetten in 1620 voet aan wal. 
Enzovoorts. 
De Franse Koloniën beschreven een boog rondom de Britse; hun dreiging verdween pas na de beslissende Frans-Indiaanse oorlog van 1754-1763, die deel uitmaakte van de Zevenjarige Oorlog in Europa. 
Behalve de koloniserende Eurpeanen had je natuurlijk de Indianen en de Afrikanen. De Indianen waren verdreven uit hun gebieden in het oosten, en bewoonden de uitgestrekte, niet in kaart gebrachte delen van het westen. 
De zwarte slaven werden sinds 1619 uit Afrika geïmporteerd. 

De kolonisten hadden een geheel eigen identitiet doen ontstaan: zelfredzaamheid, grote afstand ten opzichte van de koning thuis, een langzamerhand bloeiend leven op economisch en intellectueel terrein (de eerste universiteiten), eigen wetgeving. Het was logisch dat men zich losmaakte van Europa. 
Engeland veroverde in de Zevenjarige Oorlog een groot deel van Noord-Amerika, namelijk de oostkant, op de Fransen. (Verdrag van Parijs, 1763)
Aan de koloniën werd gevraagd door de Britten om bij te dragen in de kosten van de oorlog tegen de Fransen, en in de kosten van het onderhoud van de garnizoenen. Toen krabde men zich daar in Amerika wel even op het hoofd....
Men kon teruggrijpen op een werk van de Engelse filosoof John Locke (1632-1704), die in 1680 al stelde dat  'de enige waardevolle regering een regering was waaraan het volk zijn goedkeuring had gegeven.' 
John Locke; An essay concerning human understanding.
De kolonisten waren kwaad op Engeland onder andere vanwege de Proclamatie: die was van koninklijke wege uitgevaardigd in 1763, en verbood de kolonisten uit te breiden naar het westen. Het was onder meer bedoeld vanuit Engeland om de vrede met de Indianen te bewaren. De kolonisten zelf zagen het als een onderdrukkende maatregel van een vreemde mogendheid. 
Er waren ook andere ergernissen: er was geen echte godsdienst vrijheid, de Britten bij monde van aartsbisschop Thomas Secker legden min of meer het Anglicaanse geloof op. In Amerika had je de Congregationalisten, die veel meer uitgingen van een pluriforme vorm van godsdienstbeleving. 

De Britten vertegenwoordigden de rijkere klassen; die wilden geld halen uit de koloniën, toen er een recessie kwam na de Zevenjarige Oorlog. Boosdoener hier was premier George Grenville, die de Scheepvaartwetten in stand hield na de oorlog, omdat ze veel geld opleverden (bijvoorbeeld hoge invoerrechten op geraffineerde suiker). Alle Britse handelswaar diende ook vervoerd te worden op Britse schepen. 
Uit verzet beraamden de kolonisten een boycot van Britse goederen. 

Grenville voerde ook de Stamp Duty Act in, de zegelbelasting: die hield in, dat alle officiële doumenten, kranten enzovoorts, gedrukt moesten worden op papier voorzien van een reliëfstempel. Wet van 1765. Het was de eerste poging de koloniën rechtstreeks belasting op te leggen. De Zegelwet werd streng veroordeeld en bestreden. Deze reactie wordt algemeen gezien als het begin van de Amerikaanse Revolutie. De Amerikanen zagen koning George III, die regeerde van 1760-1815, als de grote boosdoener. 
King George III; 'Hij was kleingeestig, altijd overtuigd van zijn eigen gelijk en hij verlangde meer invloed in zaken dan haalbaar of verstandig was.'
De Zegelwet werd herroepen, maar in de Declaratory Act werd gesteld dat het Britse Parlement de zeggenschap over de koloniën behield. 
In 1766 kwam een nieuwe wet met belastingmaatregelen op onder andere thee. Vrouwen gingen zich er ook mee bemoeien, ze dronken geen thee meer en gingen zelf stoffen weven. 
Aan Amerikaanse (Patriottische) zijde had je the Sons of Liberty, radicaal en soms gewelddadig. De lont sloeg in het kruitvat op 5 maart 1770: 5 Patriotten werden gedood door soldaten. 
Boston Massacre, 5 maart 1770. 
John Dickinson  beschreef zijn ideeën in levendige artikelen onder de naam 'Brieven van een Boer uit Pennsylvania'; zij werden veel gelezen en speelden een sleutelrol bij het verenigen van de koloniën achter het standpunt van de patriotten. 
John Dickinson, 'the penman' of the Revolution.
Samuel Adams (1722-1803) was ongetwijfeld de meest doeltreffende leider van de Patriotten. Hij stond in de voorste gelederen van het verzet tegen de Zegelwet en de nonímport-beweging. Hield als conservatief wel lange tijd de onafhankelijkheid als oplossing tegen. 
Samuel Adams; was ex-belastingontvanger. :-)
In 1773 voerde Lord North  een Thee-wet in, in een poging het smokkelen tegen te gaan. 
In zee werpen van Engelse thee, Boston Tea Party; 342 kisten thee werden in de haven gedumpt.. 
De oorlog had als strijdkreet: 'De vrijheid of de dood!'  De strijd bij Bunker Hill was een Britse overwinning die veel levens kostte. 
Het gepraat over de strijd bemoedigde de slaven: immers, degenen die vrijheid eisten voor zichzelf, moesten die ook aan anderen gunnen. 
Thomas Paine (1737-1809) schreef Common Sense, waarin hij de mening van de meerderheid van de Amerikanen onder woorden bracht. Common Sense was meedogenloos, Paine noemde George III 'een koninklijke bruut', en alleen God was de koning van Amerika. 
In juni 1776 werd een document opgesteld, dat op 4 juli werd aangenomen: de Onafhankelijkheidsverklaring. Het werd geratificeerd door de jonge Thomas Jefferson, Benjamin Franklin, Roger Sherman, Robert R. Livingstone, en John Adams. 
The fouth of July: Independance Day.
1776, Declaration of Independence
George Washington leidde het leger als opperbevelhebber. Hij werd door generaal William Howe en zijn broer admiraal Lord Richard Howe verdreven uit New York. Hierna stak Washington de Delaware over in een vermetel kerstoffensief. 
Washington steekt de rivier de Delaware over, 
De mannen onder Washington leden verschrikkelijke ontberingen. 
In het geheim ondersteunden de Fransen de kolonisten. Onder leiding van Benjamin Franklin, bekwaam diplomaat, tekenden de Amerikanen en de Fransen een geheim bondgenootschap. Dit verergerde de problemen van Engeland aanzienlijk. De Fransen teisterden de Britten op de Atlantische Oceaan en in het Caraïbisch gebied. 
Spanje sloot zich in 1779 aan bij de anti-Britse coalitie en in 1780 ook de Verenigde Provinciën. Rusland, Zweden en Denemarken vormden een Gewapende Neutraliteit, waardoor alles bij elkaar Groot-Brittannië de heerschappij over de wereldzeeën verloor. 
De Fransen bezetten Minorca en Gibraltar en een paar Caraïbische eilanden.
Generaal Howe miste een kans toen hij het leger van Washington niet aanviel. Howe werd vervangen door Henry Clinton maar kon niet winnen. 
De eerste Amerikaanse diplomaat was de beroemde wetenschapper Benjamin Franklin. Zijn tact en diplomatie droegen bij tot het vormen van de Frans-Amerikaanse Alliantie; hij bleef tot 1785 minister van de VS in Parijs.

De slag bij Yorktown was een veldslag in 1781. Tijdens de veldslag stonden de Amerikaanse opstandelingen onder de leiding van George Washington, en hun Franse bondgenoten van markies La Fayette, tegenover de Britten onder leiding van Lord Cornwallis. De in Amerikaanse dienst vechtende Friedrich Wilhelm von Steuben had het commando over drie divisies.
Marie-Joseph Paul Yves Roch Gilbert du Motier, beter bekend als Marquis de La Fayette, 1757-1834. Volgens Alphonse de Lamartine gaf hij de democratie haar karakter: de eerlijkheid.
Markies van Cornwallis; werd verslagen bij Yorktown; officiële einde van de Onafhankelijkheidsoorlog. 
1783, George Washington rijdt New York binnen; door zijn militaire successen was Washington beroemd in heel Noord-Amerika en in het grootste deel van Europa.  
1783: Vrede van Parijs; Groot-Brittannië erkent de onafhankelijkheid van 12 aparte staten (Delwaware werd beschouwd als een deel van Pennsylvania.) 

Na de strijd kwamen de Verenigde Staten tot stand. De geschreven Artikelen van de Federatie (een voorloper van een grondwet) werden aangenomen, met een 'Bill of Rights'. Stemrecht hadden de blanke mannen, en de slavernij bleef gehandhaafd. De Onafhankelijkheidsverklaring was van het volk, niet van de staten. Belangrijke namen waren: George Washington, Thomas Jefferson, Benjamin Franklin. 
De eerste Amerikaanse vlag werd op 1 januari 1776 ontvouwen; de definitieve versie duurde wat langer, met de stars and stripes.. 
Pennsylvania vaardigde op 1 maart 1780 het Besluit tot Geleidelijke Afschaffing van de Slavernij uit. 
De Confederatie gaven het Congres recht om de buitenlandse zaken van de staten te regelen; eer werd een systeem van postbestelling ingevoerd, een federale munt ingesteld, en er kwam toezicht op de relaties met de Indianen. 
In feite had de Federatie weinig macht. Er kwamen moeilijkheden met Engeland en met Spanje, over geld (verdragen) en over gebieden. De Amerikaanse munt was weinig waard. 
De Artikelen van de Federatie moesten gewijzigd worden na een opstand. Ze waren meer een 'vriendschappelijk verbond' geweest dan een echte wet. Een nieuwe wet van 1785 was een verbetering. 
In 1787 werd officieel een Conventie geopend. Men vergaderde in het geheim overde volgende punten:
1. de centrale regering moest sterker worden en direct gezag krijgen over de burgerij;
2. de rechten van de afzonderlijke staten dienden te worden beschermd;
3. regeren via  door het volk gekozen afgevaardigden, i.p.v. directe democratie;
4. scheiding van wetgevende, uitvoerende en rechterlijke machten binnen de regering. 
Hiertoe moesten de Artikelen van de Confederatie vervangen worden door een gloenieuwe Grondwet. De 'Vader van de Grondwet' was James Madison (1751-1836; President van 1809-1817).
James Madison, 'Vader van de Grondwet'. 
 De wet werd aangenomen in september 1787.
'We the People...'
De Grondwet omvat onder meer de scheiding der machten; het gezag is rechtstreeks afkomstig van het volk ('We the People'....).
Slavernij werd nog bevestigd als een integraal onderdeel van de cultuur; er moest nog een lange en bloedige burgeroorlog voor woeden om die afgeschaft te krijgen.

Er tekenden zich twee groepen af: de Antifederalisten, dit waren de mensen die de grondwet wantrouwden, omdat hij was opgesteld door welgestelde intellectuelen. Zou een krachtig presidentschap niet kunnen ontaarden in een nieuwe monarchie?
De Federalisten waren voor de Grondwet, en lanceerden een grote propaganda-campagne. 
Uiteindelijk won deze groep. Hun campagne verduidelijkten ze in de kranten in de zogenaamde Federalist Papers. 
George Washington was de voor de hand liggende kandidaat voor het eerste presidentschap. Er kwamen verschillende Amendementen op de Grondwet, het eerste met verscheidene rechten die voorheen in de rechten van de afzonderlijke staten stonden: het recht op vrije meningsuiting, persvrijheid en vrijheid van godsdienst.
Het Tweede Amendement is tegenwoordig een van de meest controversiële: het betreft het recht van het volk om wapens te dragen. 

De gevolgen van de Revolutie waren: de breuk met Groot-Brittannië; het opzetten van een duurzaam raamwerk voor de regering; de vrijheid van de Verenigde Staten om zich naar het westen uit te breiden. De laatste ontwikkeling werd desastreus voor de Indianen.
Politieke partijen ontstonden, de Democratische Republikeinen rond Jefferson: zij kwamen op voor de rechten van de staten, individuele vrijheid en de landbouw.
De andere partij was de conservatieve Federalisten, aangevoerd door Hamilton en John Adams; die partij werd gesteund door de steden en de welgestelde klassen. 
Het oppergerechtshoof kreeg enorm veel macht, omdat het de macht kreeg de constitutie te interpreteren. Dit staat in de Judicial Review: de toetsing van de wettten aan de grondwet. Dit werd zo bepaald door John Marshall. 
In 1875 kwam de Civil Rights Act, 100 jaar na de Onafhankelijkheidsverklaring. Het was een poging een eind te maken aan de discriminatie van niet-blanken. Werd verworpen door het hooggerechtshof!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten