Pas nieuw, deze film van de Catalaan Albert Serra; op dit moment draait hij in Eye. De mevrouw die onze 'kaartjes knipte' - dus bekeek op de smartphone - zei enthousiast hoe mooi zij hem gevonden had. Ja. De recensie en de foto vooraf hadden mij ook al enthousiast gemaakt.
Prachtige kop!
Het verhaal speelt zich haast uitsluitend in één vertrek af, de slaapkamer van Louis XIV, de Zonnekoning. Daarbij vindt alles plaats in het halfdonker. Er zijn geen ramen open, en er branden voortdurend kaarsen.
In het begin lijkt het erop dat de koning herstellende is - al kan er ook meteen het wishful thinking van de artsen in worden gezien. De koning neemt één slokje wijn en één hapje van een 'biscuton'. Twee keer klinkt applaus van de hovelingen. Maar ook 'ontvangt' hij zijn honden, waar hij echt blij mee is. Daarna zullen we hem niet meer zien lachen.
Blij met het bezoek van zijn honden. Het verhaal gaat dat de pijn in zijn been begon na een jachtpartij in 1715.
De koning heeft pijn aan zijn linkerbeen, wij weten niet wat er mis is. Hij schreeuwt 's nachts om water. Hoewel hij overdag nooit alleen is, en wij in elke hoek wel een zwijgend figuur zien zitten, komt er 's nachts niet snel iemand om hem te helpen. Áls er dan iemand komt, is het de verkeerde (knecht), en die biedt de koning ook nog eens water in een gewoon glas aan. Dat moest natuurlijk kristal zijn, de koning weigert uiteraard.
Zie de zwijgende, roerloze knecht.
Behalve veel close ups van de koning, zien wij ook de vele gezichten van de hovelingen. Zijn vrouw, Madame de Maintenon, dokter Fagon, dokter Blouin, priesters en geestelijken, de kardinaal, en ga zo maar door. Van het gezicht van de koning lezen we soms pijn af, maar meestal houdt hij zijn gevoelens voor zich.
.
Van de gezichten van de artsen lezen we heel wat meer af, vooral hun radeloosheid, omdat ze zien dat ze de koning niet gaan redden. Dokter Fagon is eigenwijs, meneer Blouin verstandig, Mme Maintenon ongerust.... Maar ongerust zijn ze allemaal. De artsen proberen ook van alles. Vooral om de koning weer iets naar binnen te laten krijgen, bouillon, of water, of een beetje jam.
Er wordt ook een charlatan ingehuurd, die komt uit Marseille, Monsieur Lebrun.
Deze 'redding' blijkt een ordinaire charlatan. Geweldig, hoe het zweverige geleuter van tegenwoordig en toen haast niet verschilt. Soms valt er geen touw aan vast te knopen.
Die verkoopt allerlei zweverige taal, en een elixer gemaakt van onder andere het zaad van stieren. Als dat ook niet helpt, wordt de bedrieger natuurlijk gearresteerd. Maar dat lot hangt eigenlijk elke arts boven het hoofd die niet presteert.
Al ver op zijn ziekbed ontvangt hij zijn kleinzoon. Hij zegt hem, geen oorlog te voeren, en niet zo veel geld in gebouwen te steken. En om het volk te dienen. Allemaal dingen die de koning zelf contra had gedaan.
Er is geen muziek bij de film, op één keer na, dan wordt het Kryië van Mozart keihard gespeeld. De koning kijkt dan glazig een bepaalde hoek in. Je denkt als kijker dat zijn moment gekomen is, maar dat is toch niet zo.
Geluiden doen er overigens wel toe: zo hoor je op de fatale ogenblikken steeds kraaien.
Intussen doet zijn been nog steeds verschrikkelijk pijn. Er zijn zwarte vlekken op verschenen, men durft niet aan gangreen te denken.
Onderzoek van de zwarte vlekken
Maar die gedacht blijkt onontkoombaar, het been stinkt, we horen vliegen zoemen. Het been eindigt volkomen zwart. Uiteindelijk berust de koning in zijn lot en sterft.
Er wordt nog een autopsie verricht, waarbij blijkt dat de koning een bijzonder grote maag en lange darm had, groter dan normaal. Ik herinner me uit zijn biografie dat hij enorm kon eten, duur eten, terwijl zijn volk honger leed.
De gangreen zat ook inwendig. Dokter Fagon geeft toe dat hij niet weet waar het vandaan kwam. Dat is het laatste van de film.
In het boek van Richard Wilkinson, waarover ik HIER, IN MAART 2017 blogde, komt dokter Fagon ook voor als een zeer onkundige man. Hij had meer levens op zijn kerfstok door zijn slechte behandeling. De geleerden van de Sorbonne werden maar met moeite op voorspraak van Blouin toegelaten. Blouin was de eerste 'valet' van de koning.
De kennis van de artsen was uiteraard veel kleiner dan nu. In de film wordt zelfs gezegd, dat 'geneeskunde geen exacte wetenschap is'. Een voorbeeld daarvan in de film is een grote kist met allemaal stenen ogen, met allemaal verschillende kleuren irissen. Die van de koning wordt met zo'n stenen oog vergeleken, om daaruit te kunnen afleiden wat de man nodig heeft. Bij de koning concludeert men tot 'ezelinnenmelk'.
De belangrijkste feiten uit de film staan ook in het boek van Wilkinson, aangezien hij ook Saint Simon aanhaalt.
Als de koning sterft, is hij 77 jaar. Hij heeft 72 jaar geregeerd. Jawel, hij was pas vijf toen hij gekroond werd.
Het is nogal ontluisterend om foto's te zien van de werkelijkheid rond de filmopnames:
Ziehier een waardig priester op een plastic stoel.
Lodewijk XIV lopend door het kasteel waar de opnames gemaakt werden, met een heer in hedendaags kostuum achter zich aan.
Gids met publiek bij hetzelfde bed, zie boven.
Zo donker als het steeds in die slaapkamer is, zo heerlijk zit Léaud hier bij het frisse, open raam.
Hier een selectie van de pruiken voor de film.
Lodewijk XIV wordt vertolkt door Jean Pierre Léaud. Deze Franse acteur is van jongs af aan bekend bij het Franse publiek. Hij debuteerde als 14-jarige, en groeide mee met zijn publiek.
Ik heb geprobeerd de foto's een beetje op chronologische volgorde te leggen.
Hier zien we hem samen met de regisseur Albert Serra; deze foto is dus van heden.
Het kapsel doet denken aan dat van Phil Specter, Uitvinder van The Wall of Sound.
Nog een keer.
Het was echt mooi, zo veel er was af te zien aan de gezichten.
Hier nog eens de regisseur.
Schilderij van de Zonnekoning. Benen om trots op te zijn, hij kon goed dansen.
Mem de Maintenon had een preutse man van hem gemaakt. Er werden ook missen in zijn slaapkamer opgedragen. De koning krijgt het oliesel toegediend.
Dit is de vermaledijde dokter Fagon.
Een ets, verbeeldende de dood van Louis XIV.
Een schilderij met dat onderwerp, door Thomas Jones Henry Barker, 1815-1882.
En een 'portrait de buste', van Antoine Benoist, 1632-1717.
Léaud krijgt regie-aanwijzingen.
Gratie en zwier, ter wille van zijn hovelingen.
Dit is de bron van het verhaal: Louis de Rouvroy, 1675-1755, oftewel de Hertog van Saint Simon. Hij schreef de Mémoires, waarin de dood van de Zonnekoning voorkomt. Hij had een scherpe pen, speciaal voor de hovelingen.
Trailer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten