Boekomslag
Ik trof dit boek aan in een uitverkoopbak in Dalfsen. Ik had nog nooit van J.M.G. Le Clézio gehoord, de Nobelprijswinnaar voor de literatuur in 2008. Frida Kahlo kende ik natuurlijk wel een beetje, maar de naam Diego Rivera (haar echtgenoot) was ook nieuw voor mij.
Le Clézio is een Fransman die tevens de Mauritiaanse nationaliteit heeft. Hij wordt beschouwd als een moderne nomade, en werkt en reist tussen Mexico, Marokko en Europa. Er zijn al meerdere boeken van hem vertaald in het Nederlands, o.a. Het Proces-Verbaal, vertaald door Thérèse Cornips. Zijn thematiek is grensoverschrijdend, hij schrijft in een kosmopolitische sfeer.
Ik heb wel een zekere fascinatie voor Mexico, en dus trok deze biografie van twee Mexicaanse schilders me wel aan. Het boek dateert van 1993.
Frida koos Rivera uit om mee samen te leven; toen ze trouwden zei haar vader dat dit een huwelijk werd tussen 'een olifant en een duif'. Diego was bijna twee keer zo oud, en twee keer zo zwaar. 'De reus', noemt Le Clézio hem.
Hun huwelijk en hun artistieke werk speelt zich geheel af in de sfeer van de Revolutie. Diego (1886-1957) bracht de jaren 1907 tot 1921 door in Parijs, waar hij de nieuwe kunststromingen leerden kennen. Door de Russische Revolutie en de gebeurtenissen in Mexico werd hij een overtuigd Marxist, en als zodanig tegen kerk, wettelijk gezag, geld. In de jaren dertig bracht hij negen maanden door in de Sovjet-Unie. Zijn huwelijk met Frida was zijn derde; hij trouwde trouwens twee keer met haar, met tussendoor een periode van scheiding. Rivera was absoluut ontrouw, Frida leed daaronder, vooral toen hij haar bedroog met haar eigen zuster Christine. (Andere bronnen vermeldden overigens dat ook zij minnaars had.) Na Frida's dood in 1952 trouwde hij nog een keer.
Zijn werken waren grote muurschilderingen, fresco's; Rivera was 'muralist'. Ik laat er hier enkele zien die geschilderd zijn in het Palacio Nacional in Mexico City:
Het maken van goud
De markt in Tlatelolco, het leven in de tijd der Azteken.
De stad Tenochtitlan, ook Azteekse tijd.
Frida Kahlo (1907-1954) geldt als een surrealistisch schilderes. De begrippen Revolutie en Indiaanse cultuur verbinden haar met Rivera. Ze had op jonge leeftijd een zeer ernstig tramongeluk, dat haar ruggegraat brak en maakte dat ze kinderloos bleef. Haar geslachtsorgaan was beschadigd.
Ze heeft een grote invloed op Rivera uitgeoefend, die op zijn beurt haar heel hard nodig had. Le Clézio vergelijkt hen met de Mexicaanse Ometecuhtli en Omecihuatl.
Godin van de Dualiteit Omecihuatl, met echtgenoot Ometecuhtli.
Kahlo heeft haar leven lang erg geleden, veel operaties moeten ondergaan, en ook miskramen gehad. Ze was bovendien erg eenzaam met Diego. Toch koos ze welbewust om bij hem te blijven, zelfs terug te keren na de scheiding. Ze sloot zich vrijwillig op in haar Blauwe Huis.
Veel van haar schilderijen drukken de pijn en de wanhoop uit, ze zijn niet allemaal even prettig om naar te kijken.
Ze had kenmerkende wenkbrauwen, was klein en tenger.
Kahlo, My Birth
Diego Rivera
De twee Frida's: verschil tussen haar droom-identiteit en haar sociale identiteit.
Verbeelding van de verbondenheid Kahlo-Rivera
Sueño de una tarde dominical, Rivera: Droomgezicht van een zondagmiddag.
Diego
J.M.G. Le Clézio
De stijl die Le Clézio toepast is helemaal nieuw voor mij. Hij leeft zich helemaal in in zijn personen. Ik kon hem niet altijd goed volgen. Bij voorbeeld:
'Als Frida in 1929 met Diego trouwt draagt ze een Tehuanajurk, om een ander uiterlijk aan te nemen, om afstand te doen van haar kleding als militant lid van de communistische partij: de rechte rok en de rode overhemdbloes die ze droeg in navolging van Tina Modotti. En ze kiest niet voor niets de klederdracht waar Diego zo van houdt. In die tijd is de vrouw uit Tehuantepec of Juchitán de belichaming geworden van het inheemse verzet en bovendien het symbool van het feminisme - een wezenlijk feminisme, de triomf van de vrijheid van de indiaanse vrouw. De mythe van het matriarchaat in Tehuantepec fascineert alle intellectuelen in het interbellum, dichters, essayisten en vooral schilders.'
Ik vind dit een moeilijk soort teksten; ik weet niet waarop hij zich baseert. In elk geval lees ik in zijn woorden óók hoe zich een innerlijke revolutie voltrekt. Le Clézio beschrijft naast de uiterlijke gebeurtenissen ook heel vaak het innerlijk. Hij doet dat beeldend en vol overtuiging, haast als een alwetende romanschrijver. Dat maakt het interessant, maar soms vraag ik me wel eens af 'waar haal je het vandaan;' of: 'zou dat nou echt?'
Maar dan: Le Clézio geeft achterin een indrukwekkend notenapparaat. Hij zal het dus niet uit zijn duim gezogen hebben. Ik heb nog nooit eerder een biografie gelezen die op deze persoonlijke manier geschreven is.
Dit vind ik één van de imponerendste (en akeligste) schilderijen van Kahlo: De Gebroken Zuil. Bij het tramongeluk werd haar romp doorboord door een stang.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten