Omslag
Ik was benieuwd naar dit boek van Brokken. Eerder las ik Baltische Zielen, en volgde ik een lezing van Jan Brokken hier in de Purmareyn. Daar leerde ik hem kennen als een zeer vriendelijke man. Het boek over Rhoon had intussen zijn faam al gevestigd, dus ik begon er met veel nieuwsgierigheid aan.
Ik moet eerlijk zeggen, dat het me niet helemaal meeviel. Er worden erg veel namen genoemd, en als je dat niet meteen bijhoudt, raak je het spoor bijster. Ik tenminste.
Dus las ik het boek voor de tweede keer, en nu met het opschrijven van de namen erbij. Dan wordt het lezen een heel ander verhaal, en volg je de gebeurtenissen met spanning.
Het verhaal gaat over een sabotagedaad en de nasleep ervan op 10 en 11 oktober 1944 op Rhoon. Althans: Brokken veronderstelt dat het wel een daad van sabotage geweest moet zijn. Daarvoor pluist hij de hele geschiedenis uit. Hij doet dat niet alleen: hij baseert zich ook op de door Bert G. Euser verzamelde historische documenten.
Film van Wim Spoormaker, waarin zelfs beelden van de nog na-smeulende huizen in Rhoon; van Wims vader. Zie DE WEBSITE voor meer informatie over deze bijzondere film.
Om het lezen te vergemakkelijken geef ik hier in kort bestek de hoofdpersonen weer:
Sandrien (Sien) de Regt, 14 jaar in 1944. Donker type. Kwam uit een gezin van 11 kinderen, zij was de tiende. Vree met Ernst Lange, Duitse matroos in opleiding die omkwam door elektriciteitskabel waar 500 volt op stond.
Dien (Berdien) de Regt; 23 jaar, zus met wie Sandrien naar de Duitsers ging. Overige familieleden: Jacob, Aleida, Neeltje, alle drie getrouwd. Martinus, zat voor de Arbeitseinsatz in Duitsland; Neeltje woont met man in. Tobias de jongste, angstig kind.
Prachtig verhaal van Aleida, die in de hongerwinter zelf een baby heeft, en een vondelingetje opneemt en voedt. Vanwege de magerte wordt het baby'tje Stokkie genoemd. Ze wordt gewoon een gezinslid als de moeder na de oorlog niet meer opduikt.
Prachtig verhaal van Aleida, die in de hongerwinter zelf een baby heeft, en een vondelingetje opneemt en voedt. Vanwege de magerte wordt het baby'tje Stokkie genoemd. Ze wordt gewoon een gezinslid als de moeder na de oorlog niet meer opduikt.
Dien en Sien wassen, strijken, schrobben voor het gezin. Vader Zacheus leest uit bijbel voor, hij moet niets van de nazi's hebben, heeft het altijd over Satan in verband met hen. Toch een milde man. Werkt voor plantsoenendienst Jacob werkt voor verzet, Martinus spuwt gal in brieven. Ook Chiel in 1944 bij BS (Binnenlandse Strijdkrachten). Heeft daar knap werk verricht. .
Dien gaat met Walter Loos, 23 jaar, uit Tsjechisch Sudetenland, sterk pro-nazi. Gehaat onder dorpelingen in Rhoon, wordt 'het rode sergeantje' genoemd. Wordt gepest door de jongens De Kooning en hun vriendjes Robbemond. Bo Robbemond werkt bij tuinder. Spraken over Dirkje in café van Wieger Mantz. Zoons Job en Amos heimelijk verliefd op Dien en Sandrien?
Boer Aalbert de Kooning, had twee zonen. De tweede had de bijnaam de Commandant van het Sluisje: Job de Kooning. Hij was begonnen met steentjes gooien naar de Duitsers. Twee broers: Darius en Amos. Darius was getrouwd, woonde verderop. Aalbert had ook nog twee dochters, die normaal trouwden (zoons niet).
Herenboeren noemden Aalbert de Kooning een sjacheraar.
Aalbert kocht zijn zoon vrij voor twee varkens. In zijn plaats werd Job Kooning, zoon van Dimmen, geëxecuteerd. Deze was getrouwd, en had al helemaal niets uitstaande met het hele geval. Pestte ook geen Duitsers, zoals de andere Job.
Aalbert kocht zijn zoon vrij voor twee varkens. In zijn plaats werd Job Kooning, zoon van Dimmen, geëxecuteerd. Deze was getrouwd, en had al helemaal niets uitstaande met het hele geval. Pestte ook geen Duitsers, zoals de andere Job.
Dimmen de Kooning: vader andere Job. Broer van Aalbert. bleef boerenknecht. Boterde niet tussen hem en zijn broer. Aalbert smeet geld over de balk. Zijn zoon Job bescheiden, in tegenstelling tot die andere Job.
Dien was echt verliefd op die rot mof Loos. Bleef haar verdere leven ongetrouwd.
Heinz Willems derde Duitser, die met Dien en Sien en Walter en Ernst terugloopt op die fatale avond langs de Rijsdijk. Heimelijke liefde van Gertie Bleekemolen?
Heinz met Walter Loos en nog 2 soldaten ingekwartierd bij Jan Krijn Jabaay, NSB-er. Al lid vanaf 1941, deed bewakingsdiensten. Zijn vrouw vertrok op Dolle Dinsdag naar Duitsland, bij Jan Krijn kwam Linda de Bondt in huis, peroxide-blond, gek op uniformen en glimmende laarzen.
Linda heeft vriendin Kitty, is op de bewuste avond van 10 oktober met Linda en Loos bij Jabaay thuis.
Op Rijsdijk nr. 89 woonden Magda (elf), Winnie (nog geen zes) en Nel de Ruiter. Nel heette eigenlijk Dirkje de Veth, haar dochtertjes resp. Maartje en Willempje. De man van Dirkje had haar in het begin van de oorlog lelijk in de steek gelaten (hoewel hij ook niet wist dat de oorlog zo lang zou gaan duren.) Brokken praat na de oorlog met Magda.
Dirkje/Nel gastvrouw voor de Duitsers, die konden daar met haar en Dien en Sien en nog anderen op zolder naar bed. In ruil voor chocola, kousen, wijn e.d. Huis Dirkje werd door illegaliteit in de gaten gehouden. Andere vrouwen: Emma, Gertie.
Wout Wachtman woont 1 kilometer verderop dan de De Regts. Schrijft na de oorlog persoonlijk verslag dat in een koektrommel belandt.
Arend-Jan Veth: vechtjas, man Dirkje. Trok zich terug in Engeland, vanaf 27 augustus bij Prinses Irene-brigade. Geen gebrek aan vrouwen daar. Vocht van augustus 1944 tot mei 1945 vrijwel aan één stuk door. Dappere kerel, maar had vrouw en 3 kinderen alleen laten zitten. Behalve de al genoemde Magda en Winnie was dat zoon Harmanus, de oudste, die lichamelijk en geestelijk gehandicapt was.
Dirkje kreeg niets, ook niet van het Nationaal Steun Fonds. Haar ouders te Pernis hielpen wel bijvoorbeeld met het opvangen van de kinderen, maar waren zelf arm. Schoonouders deden niets voor haar.
Toen het te zwaar werd, ging Dirkje voor de Duitsers werken.
Berry Hersbach: saaie burgerman, overbuurman van Jan Brokken. Verstand van radio's e.d. Had een Duitse kapitein ingekwartierd, die met Berry meeluisterde naar de radio (!). Verzetsman. Woont bij zijn oom Karel. Hij vindt Schmitz een redelijke man, al werd hij (Schmitz) gek van de aanvragen om een Ausweis in de hongerwinter.
Schuin tegenover het Kasteel lag Het Wapen van Rhoon, dat Berry meed, om te vermijden dat hij domme dingen ging doen. Hij zon namelijk op een manier de moffen af te straffen.
Dominee De Vos van Marken: hervormd predikant (de leidende religie op Rhoon). Fout in de oorlog. Plantkundige, columnist bij De Weg, blad van het Nationaal Front. Hing de Groot-Nederlandse Gedachte aan, dat ging tegen de Duitsers in die een Groot-Duitse staat wilden realiseren. Werd door boeren buitenspel gezet toen hij een te hoge rekening indiende.
Zoon Reinbert zat in het Verzet, verzorgde vervalste persoonsbewijzen, bonnen, nummers van Trouw etc. Veranderde naam terug in gewoon Van Marken. Overleed voor Brokken hem kon interviewen.
Dominee Kloosterziel: gereformeerd, zette Verzet op poten. Slimme man, snelle prater. Kreeg hulp van Hendrik Kwist, voorman van Landelijke Organisatie Hulp aan Onderduikers. Enige Joodse onderduikster bij hem thuis, door hem geadopteerd als dochter. Kwist was zoon van een tuinder, kende iedere sloot, knotwilg en struik van zijn dorp. Had een greep in de kas gedaan, verdween uit Rhoon in 1946. Woonde in Spanje, heeft zijn zoon Johan nooit iets verteld over het verzet. Was wel de leider! Hendrik liet onderzoek verrichten in 1945 door de illegaliteit, om iedere verdenking van betrokkenheid bij de draad weg te nemen. Sabotagedaad ging niet uit van het officiële verzet.
Verder bij Kloosterziel en verzet: Jan Jongepier, 18-jarige zoon hoofdonderwijzer; Chiel Lodder, timmerman-aannemer; elektricien Berry Hersbach en Reinbert van Marken, kandidaat-notaris.
LO-ers: deelnemers aan Landelijke Organisatie Hulp aan Onderduikers.
Klaas Pikaar: onderduiker aan de Rijsdijk. Bij Aalbert de Kooning.
Van Aspen: gereformeerd, maar informant va de SD.
Wijnand Wagenmeester: één van de zestien kinderen van Meindert Wagenmeester. Volgde vader op en woonde dichtst bij plek van de draad. Wagenmeesters waren 'Kleine luyden' die zich opwerkten. Machinist bij het gemaal en fietsenmaker. Gereformeerd, anti-Duits. Wordt gearresteerd, samen met twee oudste zoons: Tijmen (Tijm), 21, en Wim (16). Jongste zoon heette Mees, vriend van broer Bert van Brokken. Mees was een techneut. Wil na de oorlog niet met Brokken praten.
Wijnand geliefd man, helpt iedereen. Heeft wel een hekel aan de moffen.
Zijn vrouw werd een kwaaie genoemd, maar Brokken denkt dat ze gesloten was. Stapte pas na geboorte laatste dochter over van hervormd naar gereformeerd.
Wijnand en Tijmen worden geëxecuteerd.
Wijnand en Tijmen worden geëxecuteerd.
Kinderen: Aaf, Carla, Bertie, Hillie; Tijmen, Wim en Mees.
Met Wim spreekt Brokkenwel na de oorlog.
Gearresteerd worden eerst: Wijnand (45 jaar), Tijmen, Wim Wagenmeester, Job de Kooning(zoon van Aalbert de Kooning) en Bo Robbemond. Wim wordt vrijgelaten vanwege zijn leeftijd (16), Job wordt geruild voor de andere Job + twee varkens.
Daar worden nog bijgebracht: Dries Marcelis en de andere Job de Kooning (zoon van Dimmen de Kooning.) Verder Mart Robbemond, en Jacques Pijnacker, directeur van de vlasfabriek die zo dapper is het voor zijn mensen op te nemen.
Dries Marcelis: willekeurig slachtoffer; getrouwd, twee kinderen. Geëvacueerd vanuit Zuidland, samen met schoonfamilie Van Steggelen. Had organisatorische taak op vlasfabriek. Sliep met vrouw Alie in bedstee, het enige stukje privacy dat ze hadden. Werd daar uit gesleurd door Duitsers.
Herdenkingskruis voor de zeven slachtoffers.
Landbouwer Kees Blekemolen: woonde recht tegenover de vlasfabriek. Vrouw Gertie (ook bij Dirkje!) lid vrouwen-NSB. Ze hebben twee dochters. Kees legt de grootste schuld van het gebeurde bij de Wagenmeesters.
Piet Osseweijer: vader groot gezin, werkt op vlasfabriek, woont in Veerhuis.
Plaatje van voormalige vlasfabriek
Bo Robbemond, 23, jongen die niet deugen wil. Broer Mart, bedachtzamer. Graag naar de film.
Voor beiden was oorlog avontuur. Vader Bas. Broer Cor (zoon van Bas) werd in 1943 naar Duitsland gestuurd.
Oberleutnant Karl Schmitz: dienstmeisje Maria Antonia de With, kookt voor hem. Schmitz heeft ook een hondje. Schmitz is 46 jaar oud gedrongen, dik. Drinkt veel, heeft ook in WO-I gevochten. Sinds 1937 lid NSDAP. Een bullebak, en de hoogste baas in West-IJsselmonde, met groot gebied onder zijn verantwoordelijkheid.
Neemt in de nacht van 10 op 11 oktober de ene foute beslissing na de andere.
Neemt de situatie bij Het Sluisje niet zelf in ogenschouw. Hij liegt bij het onderzoek door het Bureau Opsporing om zichzelf vrij te pleiten. Maria Antonia spreekt zijn getuigenis tegen.
Hij vormt meteen een executiepeloton en voert zelf het commando. Wagenmeester wordt als het brein achter de sabotagedaad gezien. Er worden zeven mannen gearresteerd zonder te kijken of die ergens schuldig aan waren.
Jan Kleinjan, in 1944 negen jaar oud, wordt gedwongen toe te kijken hoe de slachtoffers het genadeschot krijgen.
Na de executie worden de huizen in brand gestoken van Dries en Alie Marcelis, De Kooning Dzn, het oude Veerhuis (woning van familie Ossewijer, Pekelaar, Marcelis); de dienstwoning van Wagenmeester, plus fietsenmakerij, schuur en loods, huisraad en alle gereedschap. Verder het huis van Jacques Pijnacker. 25 mensen waren dakloos geworden.
Bijna werd er nog een tweede executie voltrokken, een 'officiële', die wel aan de voorwaarden voldeed.
Wie verrichtte de sabotagedaad? Brokken onderzoekt dit. Als kandidaten noemt hij:
- Job de Kooning, als notoire pester van de Duitsers;
- uit het kamp van de NSB: Kees Blekemolen; zijn vrouw Gertie was er lid van, en trok veel met de Duitsers op. Ze ging met Heinz Willems, een van de Duitse militairen. Kees liet haar altijd haar gang gaan, maar het kan hem te veel zijn geworden. Een wraakactie dus.
- uit het kamp van het verzet: Wout Wachtman. Deze durfde alles, plakte in de Rotterdamse haven kleefbommen op de rompen van schepen. Heel moedige verzetsman, die echter ook wel alleen opereerde. Kan in daad van opwelling gebeurd zijn, Brokken heeft er redenen voor hem te verdenken.
Neemt in de nacht van 10 op 11 oktober de ene foute beslissing na de andere.
Neemt de situatie bij Het Sluisje niet zelf in ogenschouw. Hij liegt bij het onderzoek door het Bureau Opsporing om zichzelf vrij te pleiten. Maria Antonia spreekt zijn getuigenis tegen.
Hij vormt meteen een executiepeloton en voert zelf het commando. Wagenmeester wordt als het brein achter de sabotagedaad gezien. Er worden zeven mannen gearresteerd zonder te kijken of die ergens schuldig aan waren.
Jan Kleinjan, in 1944 negen jaar oud, wordt gedwongen toe te kijken hoe de slachtoffers het genadeschot krijgen.
Na de executie worden de huizen in brand gestoken van Dries en Alie Marcelis, De Kooning Dzn, het oude Veerhuis (woning van familie Ossewijer, Pekelaar, Marcelis); de dienstwoning van Wagenmeester, plus fietsenmakerij, schuur en loods, huisraad en alle gereedschap. Verder het huis van Jacques Pijnacker. 25 mensen waren dakloos geworden.
Bijna werd er nog een tweede executie voltrokken, een 'officiële', die wel aan de voorwaarden voldeed.
Wie verrichtte de sabotagedaad? Brokken onderzoekt dit. Als kandidaten noemt hij:
- Job de Kooning, als notoire pester van de Duitsers;
- uit het kamp van de NSB: Kees Blekemolen; zijn vrouw Gertie was er lid van, en trok veel met de Duitsers op. Ze ging met Heinz Willems, een van de Duitse militairen. Kees liet haar altijd haar gang gaan, maar het kan hem te veel zijn geworden. Een wraakactie dus.
- uit het kamp van het verzet: Wout Wachtman. Deze durfde alles, plakte in de Rotterdamse haven kleefbommen op de rompen van schepen. Heel moedige verzetsman, die echter ook wel alleen opereerde. Kan in daad van opwelling gebeurd zijn, Brokken heeft er redenen voor hem te verdenken.
De auteur.
Villa Johanna waar de Duitsers hun intrek hadden genomen.
Een van de verwoeste woningen.
Brokken beëindigt zijn verhaal niet met de sabotagedaad. Hij doet verslag van de behandeling van de 'moffenhoeren' aan het eind van de oorlog. Hij gaat ook na wat er van iedereen geworden is, voor zover dat nog lukt. Ergens las ik van zijn hand: 'De scheiding tussen heden en verleden is zo dun als behang'. Dat illustreert mooi wat dit hele boek laat zien. Het trauma werkt door, voor iedereen.
Ook is imponerend hoe goed en kwaad naast elkaar en door elkaar bestaan. Soms in één familie, soms in één mens. Wat dat betreft is Brokken goud waard, hij laat de vele kanten van het menselijk gezicht zien.
Gereformeerde kerkje, Rhoon.
Kasteel Rhoon, thans voor heel andere dingen in gebruik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten