Boekomslag.
Ik heb destijds met heel veel plezier de zeven delen van Het Bureau gelezen, van J.J. Voskuil. Zelfs twee keer.
Ook de boeken van zijn vriendin, Frida Vogels, de twee delen De Harde Kern, gingen er bij mij in als koek. Geweldig, wat een mooie literatuur, zo het leven dicht op de huid te beschrijven, zonder enige mooi-doenerij, met de pijnlijke dingen in de menselijke ontmoetingen. Of, zoals bij Vogels, die pijnlijke knie....
Toen Frida Vogels met haar dagboeken op de proppen kwam, vanaf 2005, en inmiddels 11 delen, heb ik nooit gedacht: die moet ik ook lezen. Geen zin in.
Bij de aankondiging van de dagboeken van Voskuil was dat anders. Ik verwachtte dat die mij opnieuw leesplezier, of anders wel verdieping zouden brengen...
Nou, dat is niet zo.
Laat ik beginnen met te vertellen wat ik in dit eerste deel (en verder zal ik vermoedelijk niet komen) wél leuk vond: dat is hoe hij de oorlog beschrijft, als tienerjoch. Ik wist niet hoe het er daar, in Den Haag, uitzag. Dat de mensen daar daadwerkelijk met bommen en vliegtuien en alles geconfronteerd werden. Het was ook onthutsend te lezen hoe de hongerwinter ervaren werd, dat persoonlijke. Ik vond het ook 'leuk' om te lezen hoe de fietsbanden steeds 'gaarder' werden en niet meer gerepareerd konden worden.
Feitelijk heeft dat oorlogsstuk niet zo veel met de rest van het dagboek uit te staan. Want na de oorlog gaat Voskuil gewoon naar school, nog weer later studeren. En daar gaat het meeste over, over het gewone leven, in die periode als student. En dan vooral over de gesprekken die hij heeft met zijn medestudenten.
Het boek is ook verwerkt in deze tv-serie van Frans Weisz, en uitgezonden in 1991. Toen is mijn belangstelling ook gewekt. De serie nog steeds te koop op dvd.
Ik 'kende' die verhoudingen al van Bij nader inzien, dat vond ik geweldig!
Dit is anders. Het is vooral niet te volgen. Daar is schuld aan, dat ik niet weet welke 'Jan' hij op het oog heeft als hij het over Jan heeft (er zijn er een stuk of vier). Maar vooral kan ik de gedachtegangen meestal helemaal niet volgen.
Ik las eenzelfde ervaring terug bij Gerbrand Bakker, die een recensie schreef in Trouw.
Ik citeer:
"Ik begreep heel veel domweg niet. Nu overkwam me hetzelfde, maar dan nog een graadje erger. Voskuils manier van denken, redeneren en opschrijven is dusdanig uniek dat ik er niets van begrijp. Ik kan hem gewoon niet volgen. Dat leest niet fijn, bladzijde na bladzijde vol tekst die je niet begrijpt. Nu weet ik van mezelf dat ik niet de intelligentste ben, maar ik ben toch ook niet van de straat. Ik heb ook Nederlands gestudeerd, net als Voskuil.Omdat ik zo vol onbegrip ben, krijg ik mijn vinger niet achter zijn probleem; wat zit hem nu precies dwars? Vanwaar deze worsteling? Wat veroorzaakt zijn spleen? Ik wil stoppen met lezen, maar dat gaat niet als je de taak hebt een bespreking te schrijven. Een voorbeeld. 6 januari 1954: ‘Dit alles te verbranden lijkt soms de beste oplossing, maar ik ben bang niet meer herkend te worden als ik naakt sta’. Wat staat daar in godsnaam?" Zie DEZE LINK: Trouw.
Gerbrand Bakker, 2020 foto Trouw.
Ik ben het een hele tijd blijven proberen. Er staat achterin het boek een opsomming van wie wie is, dus óók alle 'Jannen'. Ook wie Jaap is, Jaap Oversteegen, die in Bij nader inzien zo'n prominente rol speelt, en die ik heb leren kennen toen als een naar mens.
Er staat ook een interessante verantwoording in van de samenstellers van het boek. Want er is in het leven en het huwelijk van Han en Lousje Voskuil wel het een en ander aan de publicatie voorafgegaan. Lousje vond dat het óók haar dagboek was, en heeft zo'n 5 % van de dagboekbladen weggeknipt.
Lousje Voskuil-Harpers.
Die belandde in een vuilniszak, die kwam onder een bed, en een overijverige huishoudelijk hulp zorgde ervoor dat die bladen met de vuilnisman meegingen...
Enfin.
Het hele verhaal over die feiten is terug te vinden in de recensie van de Volkskrant van Bert Wagendorp. Wagendorp stelt trouwens vast dat hij Voskuil 'onaangenaam en arrogant' vindt.
Een heel uitgebreid verslag staat te lezen in De Groene, zie DEZE LINK. Het is het verslag van een lezing van Elsbeth Etty.
Elsbeth Etty, geboren 1950; foto DWDD
Etty is zonder twijfel de best geïnformeerde recensent. Zij kent al het overige werk van Voskuil ook, en kan dus goed laten zien waar Voskuil volgens haar bij voorbeeld jaloers is, of wraakzuchtig, of over de schreef gaat als het over het schrijven over vrienden gaat. De studievriend Jaap Oversteegen noemt zij een briljant letterkundige, en Voskuil noemt ze jaloers. Het is hem ook nooit gelukt diens vrouw Suus in bed te krijgen.
J.J. Oversteegen (rechts) met de Turkse dichter Ülkü Tamer
Een andere vriend, Jan Bruggeman, heeft hij te kijk gezet door brieven die aan hem persoonlijk gericht waren te publiceren. Bruggeman zou ook antisemitische uitlatingen gedaan hebben. Hij was manisch-depressief en kwam aan zijn einde door zelfmoord. Zie Requiem voor een vriend, van Voskuil
Al die kennis is natuurlijk interessant, en ik heb die niet. Het is óók interessant te lezen, dat Etty uiteindelijk tóch smult van dit dagboek, en met plezier uitkijkt naar de volgende delen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten