vrijdag 20 april 2018

Wahrscheinlich bin ich verrückt, Marlen Haushofer Biografie, Daniela Strigl, 2007.

Dit boek heeft een intrigerende titel. Toch vind ik hem niet zo veelzeggend als ik vooraf dacht. De zinsnede komt voor in een brief van circa 1962 die Haushofer schreef aan haar 'literaire Super-Ego', Hans Weigel, met wie zij een meester-leerling verhouding heeft. Hij heeft haar aangeraden haar kindertijd nogmaals te beschrijven. Ze deed dit al in het vroege verhaal Das fünfte Jahr. Uiteindelijk zou zijn aansporing resulteren in het boek Himmel der nirgendwo endet. 
Dit schrijft ze in haar brief: 
'Den neuen Roman hab ich angefangen (8 Seiten). Er wird entweder gut oder gar nichts. (...)
Das neue Buch; ganz egal ob es in der Versenkung verschwindet oder nicht. Wahrscheinlich bin ich verrückt und unbelehrbar, aber da kann man halt nichts machen. Zumindest Du wirst Dich darüber freuen, dass ich verrückt bin.'
Zij noemt Weigel daar ook 'de geestelijk vader van het boek'.
Hans Weigel, 1908-1991; schrijver en theatercriticus. 
Weigel was belangrijk voor haar, hij vormde de schakel tussen haar en het openbare literaire leven. Weigel behoorde tot een kring in Café Raimund. Ook andere bekende Oostgenrijkse schrijvers, onder anderen Ingeborg Bachmann (1926-1973) verzamelden zich daar. 
Café Raimund, Wenen.
Schrijverskring Café Raimund. 
Hakel, Hermann 1911-1987, Wenen. Dichter, schrijver, vertaler en uitgever van een tijdschrift. 
Daarvóór behoorde Haushofer tot de kring van Hermann Hakel, uitgever van het tijdschrift Lynkeus, 'für Dichtung, Kunst und Kritik'. 
Ik vind haar contacten met de literaire wereld daarom zo bijzonder, omdat zij helemaal niet gesteld was op contacten met de buitenwereld. Niemand van haar alledaagse leven wist ook dat zij schreef. Haar man en zonen hadden er geen belangstelling voor. Marlen zelf werkte zich dood om een goede moeder, vrouw en huisvrouw te zijn; terwijl zij zich alleen 'levend' voelde als zij schreef. Het is dus van een groot geluk dat zij door belangrijke tijdgenoten erkend is. 
Daniela Strigl.
De biografie.
Strigl, de schrijfster van de biografie, is ook Oostenrijkse, zij schrijft essays en literaire kritieken. Zij is jurylid bij het toekennen van de Ingeborg Bachmann-prijs. Ze doceert aan het Instituut voor Germanistiek van de Universiteit te Wenen.
Nogmaals Daniela Strigl.
Zij ontving in 2001 de Staats[prijs voor Oostenrijkse literatuurkritiek. Ze werkte ook voor de pers en voor de radio.Meer informatie over haar: zie de site GERMANISTIEK.

Ik vond dit een geweldige biografie, die me nog steeds bezig blijft houden. De vrouw Haushofer is interessant, maar haar biografe behandelt haar leven en werk ook op een buitengewoon boeiende manier. Ze legt uit hoe bijvoorbeeld de verhoudingen tot vader en moeder Marlen diepgaand beïnvloed hebben. Moeder was héél streng, vader meegaand. Vader was 'Förster', boswachter. Hij genoot aanzien in het dorp. Marlen was een opstandig kind, en ze voelde zich erg eenzaam. Dat kwam omdat haar broertje, die ná haar kwam, alle aandacht van moeder leek op te eisen. Marlen werd niet gezien.
Samenvatting van haar biografie. 
Op haar veertiende werd Marlen ernstig ziek, en dat veranderde haar instelling: ze werd opeens meegaand, deed wat haar moeder verlangde. Ook moest ze naar een kostschool, waar ze diep ongelukkig was.
Ze kreeg ongehuwd een kind, met de vader wilde ze niet meer trouwen. Wel trouwde ze later met Manfred Haushofer, die wist dat ze zwanger was van een ander. Dat legde wel meteen een zware hypotheek op het huwelijk.
Haar zoontje liet ze grootbrengen door een vriendin. Ze verzweeg haar moederschap voor haar ouders! Met Haushofer kreeg ze samen nog een kind, weer een zoon. Na vier jaar verenigde zich het gezin, ((stief)vader, moeder, twee zoons). Toen ook pas vertelde ze het haar ouders, dat ze al een kind had. Haar moeder keek haar er zeer op aan.
Manfred en Marlen Haushofer, hun beider zoon Manfred (de jongste), en Marlens zoon Christiaan (de oudste). Hij werd pas na vier of vijf jaar bij het gezin gevoegd. Dat riep natuurlijk conflicten op.
Ze woonden in Steyr, waar Manfred zich na zijn studie als tandarts vestigde. 
Ligging Steyr in Oostenrijk
Zij werd zijn assistente. Dat is het vreemde aan Marlen Haushofer: ze gedroeg zich keurig volgens de normen en waarden die haar moeder er bij haar had ingepompt - maar van binnen zag ze heus wel de werkelijkheid zoals die was; ze was modern, kritisch, en een zelfstandig observator. Ze zag haar rol als ondergeschikte aan haar man. Ze had Le Deuxième Sexe gelezen van Simone de Beauvoir. Ze was ook verder sterk beïnvloed door de Franse Existentialisten; in navolging van Camus noemde ze de vrouw Sisyphus, met het werk dat zij verrichtte. 
Feministisch werk van Simone de Beauvoir, 1949.
Simone de Beauvoir.
De mythe van Sisyphus, Albert Camus. Over de absurditeit van het leven. 

Albert Camus.
Het huwelijk van Marlen en Manfred was niet gelukkig. Ze lieten zich scheiden, maar vertelden hiervan niets aan de buitenwereld; noch aan de eigen zoons, noch aan haar ouders. (!) Wel was het algemeen bekend in het dorp, dat de tandarts nogal veel vreemd ging.  
Het lijkt mij een geluk voor Marlen, dat ze toen wel een eigen kring van vrienden had in de literaire wereld, waarmee ik mijn blog begon. 
Niemand wist van de scheiding; ze bleef ook gewoon thuis wonen. Later hertrouwden ze met elkaar. En dat was weer een soort zakelijke overeenkomst, het was heus niet opeens gelukkig. 

Strigl heeft de nalatenschap mogen inzien van Sibylle Haushofer, de tweede vrouw van Manfred. Het wordt een geautoriseerde biografie genoemd, de erfgenamen hebben deze biografie als enige erkend. Ik heb wel gelezen dat Strigl niet tot alle documenten toegang heeft gekregen. Dat is natuurlijk jammer, te meer, omdat Marlen tijdens haar leven al steeds periodiek allerlei schrijfsels verbrandde. Er wás dus al niet zo veel. Toch is het resultaat verbluffend goed en boeiend!
Strigl gebruikt wel veel van Marlens romans en verhalen om te laten zien hoe Marlen volgens haar in elkaar zat. Ze baseert zich voor deze werkwijze op uitspraken van Marlen zelf, die vaak zei dat alles wat ze schreef feitelijk autobiografisch was. 
Zo citeert Strigl uit Die Tapetentür, als de hoofdpersoon zwanger is:
'Eine Frau, die ein Kind hatte, hörte auf, ein freier Mensch zu sein. Man war eine gute Mutter und nichts sonst, oder man versagte als Mutter und behielt seine Persönlichkeit.'
Ze gelooft niet meer in een God die met een daad van liefde de dood overwint: 
'Ihre Versuche, zu diesem Gott zu beten, müssen scheitern - er ist fúr sie der Unterlegene, und nicht der Überwinder des Todes: Klar und deutlich wusste sie in diesen Minuten, dass dies die einzige Wahrheit war, und alles andere nur Lüge und Flucht: (...) Es gab keine Liebe, die grösser war als der Tod.'
En in het internaat wordt ze voortdurend met het kruisbeeld geconfronteerd dat ze afschuwelijk vindt:
ER hing an der Wand des Kreuzganges und sah auf sie nieder, wenn sie in den Schlafsaal ging, und ER  wusste es, dass sie ihn hässlich fand und gar nicht ansehen mochte. 
Ze mag ook niet naar zichzelf kijken in het internaat, of over zichzelf nadenken. Alleen de enkele momenten dat ze in bad zit, geven gelegenheid zichzelf te beschouwen:
'Ihr dünner Kinderleib lag perlmuttfarben im Wasser, durchzogen von feinem blauem Geader. Sie betrachtete ihn neugierig und im Wissen, eine Sünde zu begehen, denn dieser Leib war böse und nicht wert, angesehen zu werden.'  

Ik citeer hier Marlene Krisper, een andere biografe van Haushofer:  
Marlen Haushofers Frauengestalten in ihren Romanen und Erzählungen sind alle autobiographisch gefärbt, von ihr ''abgespaltene Persönlichkeiten'', die sich mosaikartig zu einer Figur zusammenfügen. Es sind, wie die Autorin selbst, Frauen der Nachkriegsgeneration, dem Wiederaufbau und dem beruflichen Erfolg des Mannes verpflichtet. Sie sind eingebunden in einen zeitlichen Kontext der 1950 er und 1960 er Jahre mit ihren Zwängen und moralischen Tugendvorstellungen. Sie bewegen sich zwischen Rollenanpassung, Aufopferung, zeitweisem Widerstand und Resignation. Sie versuchen mittels Ordnungsstrategien eine Orientierung in ihr Leben zu bringen. Diese Versuche sind letztlich zum Scheitern verurteilt.

Marlen Haushofer ist - wie es aus diesem Essay hervorgeht - nicht die einzige ihrer Generation, die diese verzweifelten Versuche unternimmt. Sie ist eine unbestechliche Chronistin ihrer Zeit, in klarer Sprache beschreibt sie die Brüchigkeit bürgerlicher Fassaden, entlarvt scheinbare Idyllen harmonischen Zusammenlebens.
Essay van Marlene Krisper.
Er is een speciale Marlen Haushofer-SITE.

Haushofer representeert. de jonge generatie literatoren na 1945. Zij stierf in 1970 aan botkanker, waarna het stil werd rond haar. 
In 1983 kwam er een herwaardering, met de heruitgave van Die Wand. Samen met Ingeborg Bachmann gold ze toen als pre-feministisch schrijfster. 

Het is overigens leuk om te lezen hoe verschillend Ingeborg Bachmann en Marlen Haushofer optraden in de literaire wereld. Haushofer wilde nooit ergens bij zijn, Bachmann juist wel, die liet zich graag fêteren, kon zich goed presenteren en dergelijke.
In Strigls biografie komen al Haushofers werken langs, en Strigl destilleert daaruit ook gegevens over Haushofer zelf. Ik laat nu een paar titels van haar de revue passeren:


Verhalenbundel, met een veelzeggende titel. 
De oorsprong van de titel van dit boek is dat de kleine Marlen als meisje opgesloten zit in een lege regenton, omdat ze lastig gevonden werd (er moest gehooid worden, een arbeidsintensief gebeuren). Vanuit haar enge gevangenis ziet ze niets dan de blauwe lucht. 
Een bijzondere plaats nemen haar kinderboeken in: dit is een 'kattenboek', Marlen was zelf dol op katten. 
Hier met haar eigen kat. 
Het kinderboek Brav sein ist schwer....
... en het vervolg, Schlimm sein ist auch kein Vergnügen.
Het schrijven van de kinderboeken ging haar heel wat gemakkelijker af dan de romans. Ze werden meteen allemaal goed verkocht ook. 
Haar beroemdste boek is natuurlijk Die Wand, dat ook verfilmd is door Julian Pölsler. Deze regisseur heeft in 2017 ook het boek Wir töten Stella verfilmd. Ik hoop dat dat nog te zien zal zijn op de televisie. 
Over Die Wand is natuurlijk veel geschreven: het zou een zielstoestand kunnen zijn, die wordt uitgebeeld. Maar Strigl noemt dit een beetje 'Küchenpsychologie', laten we zeggen: psychologie van de koude grond. De psycho-analytica Erika Danneberg noemde 'Die Wand' die "grandiose Darstellung eines schizophrenen Schubs, des Verlustes sämtlicher Objekte", während der Schriftsteller und Psychiater Paulus Hochgatterer den Roman als exakte Beschreibung einer Depression liest.
Over dat 'verlies van objekten' spreekt Strigl ook in haar boek: zij meent, dat Haushofer zichzelf verraden/in de steek gelaten heeft, toen zij 'besloot' niet meer brutaal en opstandig te zijn, maar zich te conformeren aan de burgerlijke truttigheid van haar moeder. 

Die Trilogie der Einsamkeit, daaraan werkt Julian Pölsler. Die Wand is verfilmd, Wir töten Stella eveneens, en op Pölslers programma staat nog de verfilming van het boek Die Mansarde. 
Citaat Pölsner: Der Kinostart ist eine Gelegenheit, die große Schriftstellerin wiederzuentdecken. Denn Haushofers Literatur beleuchtet einen Kosmos, den Zeitgenossinnen und Zeitgenossen gern als hausfraulich abtaten – und der tatsächlich von großer Radikalität ist.
Het viel mij zowel in het boek als in de film Die Wand wel op, wat voor vreemde verhouding Haushofer had tegenover haar kinderen. Hoe verontrustend haar ideeën soms zijn, voor mij zijn ze ook bevrijdend om te lezen:
„Ich weiß, es war nicht das Glück, es war etwas ganz anderes, ein Glücksersatz für Leute, die aus irgendeinem Grund auf das richtige Glück verzichtet haben.“ Sie findet ruhige Stunden mit ihrem halbwüchsigen Sohn beim gemeinsamen Übersetzen der Ilias, doch in Wahrheit weiß sie genau, dass es „viel zu spät“ ist, noch einmal von vorne zu beginnen: Anna, die Ich-Erzählerin von Haushofers „Wir töten Stella“, ist eine selbstmitleidslose Beobachterin einer Situation, aus der es keinen Ausweg zu geben scheint.

Nog een leuke opmerking van Strigl:
Juist een vrouw als Marlen Haushofer, die zo geleden heeft onder het sterke deugd-besef van haar moeder, en die zich gedroeg naar de rollen die van haar verwacht werden - en dan óók nog is herkend door de feministen in de jaren tachtig van de vorige eeuw - is geboren als Maria Helena Frauendorfer, in Frauenstein; en dan trouwt ze ook nog eens met een Haushofer!
Bosrijkdom in Frauenstein, woonplaats van haar ouders. 
Marlen was heel sterk in het volbrengen van wat ze als haar plicht zag. Zo is ze tot op het laatst voor haar vader blijven zorgen. 
Filmpje over haar woning in Steyr. 
Wie zelf nog wil kijken op internet raad ik deze HEEL GOEDE SITE OVER HAUSHOFER. aan.  Ik vind Haushofer werkelijk zeer om te genieten vanwege haar opmerkingsgave, en eerlijkheid. 
Bijzonder mooi is wat ze schrijft vlak voor haar dood: 
Mach Dir keine Sorgen. Du hast zuviel und zu wenig gesehen, wie alle Menschen vor Dir. Dus hast zuviel geweint, vielleicht auch zu wenig, wie alle Menschen vor Dir. (...)
Dein Körper war Dir sehr bald lästig, Du hast ihn nie geliebt. Das war schlecht für Dich - oder auch gut, denn an einem ungeliebten Körper hängt die Seele nicht sehr. Und was ist die Seele? Wahrscheinlicht hast Du nie eine gehabt. 
(.........)
Mach Dir keine Sorgen - alles wird vergebens gewesen sein - wie bei allen Menschen vor Dir. 
Eine völlig normale Geschichte. (p. 325-326, Strigl.)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten